- Noord-Koerdistan
De Raad voor Gevangenisbeheer en Observatie blijft de vrijlating van gevangenen op willekeurige gronden vertragen. Sinds de raad operationeel is geworden, is de vrijlating van bijna vierduizend politieke gevangenen uitgesteld op basis van willekeurige en onwettige voorwendsels. Naast het opleggen van zogenaamde “berouw”, worden gevangenen ondervraagd over elk aspect van hun leven, inclusief de afdeling waar ze verblijven, het water dat ze drinken en de protesten waaraan ze hebben deelgenomen. Aangezien deze praktijk systematisch is geworden, eisen zowel gevangenen als hun families dat deze wordt afgeschaft.
Rozerin Kalkan, die sinds 2016 gevangen zit en wier vrijlating al twee jaar is uitgesteld, wordt niet vrijgelaten op grond van brieven die naar haar zijn gestuurd maar nooit zijn bezorgd. Kalkan, die in februari opnieuw voor de commissie moet verschijnen, heeft via een bericht dat via haar familie is verstuurd, de aandacht gevestigd op deze onrechtmatigheid. Haar moeder, Şerife Kalkan, heeft ook opgeroepen tot de onmiddellijke vrijlating van haar dochter.
Haar vrijlating werd 22 maanden uitgesteld
Op 11 augustus 2016 werd Rozerin Kalkan gearresteerd in Mardin (Mêrdîn), waar ze werd gemarteld. Na dagenlang in politiehechtenis te hebben gezeten, werd ze voor de rechter gebracht en formeel gearresteerd. Na haar gevangenneming werd Kalkan maandenlang in eenzame opsluiting gehouden, waardoor ze tal van gezondheidsproblemen kreeg. Na het indienen van een verzoek werd haar verzoek om overplaatsing ingewilligd en werd ze overgebracht naar de gesloten vrouwengevangenis van Şakran. Nadat ze daar in een afdeling was geplaatst, werd Kalkan in april 2024 voor het eerst voor de commissie gebracht. Tijdens de hoorzitting werd ze ondervraagd over de protesten waaraan ze had deelgenomen, hongerstakingen, de afdeling waar ze verbleef en de definitie van haar vermeende overtreding. Bij deze eerste hoorzitting werd haar vrijlating met elf maanden uitgesteld. De commissie besloot haar vrijlating uit te stellen op grond van “verblijf in een partijdige afdeling” en “activiteiten binnen de organisatie”. Kalkan werd afgelopen maart opnieuw voor de commissie gedaagd. Ze weigerde te verschijnen omdat ze ervan uitging dat haar opnieuw dezelfde vragen zouden worden gesteld. Haar vrijlating werd voor de tweede keer uitgesteld, opnieuw met elf maanden, waardoor de totale vertraging op tweeëntwintig maanden kwam.
Commissies leggen de lat hoger: hoe kijk je naar misdaad en criminelen?
Het beroep dat zowel Rozerin Kalkan als haar advocaat tegen het uitstel hebben ingesteld, heeft geen resultaat opgeleverd. Een van de redenen die voor het uitstel werd aangevoerd, was dat brieven die aan Kalkan waren gestuurd maar nooit bij haar waren bezorgd, werden beschouwd als elementen van een misdrijf omdat ze “leden van illegale organisaties zouden motiveren”. Kalkan protesteert tegen deze beslissingen en zal in februari opnieuw voor de commissie verschijnen.
