- Turkije
Het initiatief ‘Zaterdagmoeders’ heeft tijdens hun 1064e wake tegen het ‘verdwijnen’ in staatshechtenis voor het Galatasaray-gymnasium in Istanbul opheldering gevraagd over het lot van Mehmet Salim Acar. De Koerd werd 31 jaar geleden ontvoerd door een vermoedelijk doodseskader van de Turkse contra-guerrilla. Sindsdien is er geen spoor meer van hem.
Activiste Ikbal Eren las tijdens de wake een verslag over de zaak voor. Het was 20 augustus 1994 toen Acar samen met een van zijn zonen (13) en een andere boer in zijn dorp Ambar in Bismîl op een katoenveld aan het werk was, toen meerdere gewapende mannen in een witte Toros voorreden en hem meenamen. Ze sleepten de vader van zes kinderen met geweld op de achterbank van de Renault – destijds de typische dienstauto’s van de militaire inlichtingendienst JITEM, die worden beschouwd als symbolen van de anti-Koerdische staatsterreur van de jaren negentig.
Andere getuigen – waaronder de dochter van Acar – zagen hem vastgebonden en gekneveld in het voertuig zitten. Volgens familieverklaringen reden de Toros en een ander voertuig dat bij de ontvoering betrokken was later het terrein van de lokale basis van de militaire politie in Bismîl op. Maar ondanks talrijke verzoeken aan lokale en nationale autoriteiten en diverse klachten bleef de zaak decennialang onopgelost. Een strafrechtelijke aanklacht tegen twee vermoedelijk verantwoordelijke militairen – een van hen was de toenmalige bataljonscommandant Izzet Cural – werd in 1997 geseponeerd wegens vermeend gebrek aan bewijs.
EHRM veroordeelt Turkije
De familie Acar wendde zich vervolgens tot het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). In april 2004 oordeelde het Hof in Straatsburg dat Turkije artikel 2 (recht op leven), artikel 5 (recht op vrijheid en veiligheid) en artikel 13 (recht op een doeltreffende voorziening in rechte) van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens had geschonden. De regering had geen doeltreffend onderzoek ingesteld en had de familieleden niet adequaat geïnformeerd.
Hoewel de Turkse staat een schadevergoeding aanbood, stond de familie op een officiële veroordeling en wees het aanbod af. “Het vonnis van het EHRM is bindend voor Turkije”, zei Ikbal Eren. “De staat moet zijn wettelijke verplichting nakomen en de zaak effectief onderzoeken.”
“We geven de strijd om de waarheid niet op”
Aan het einde van de bijeenkomst werd een brief voorgelezen van Ihsan Acar, een zoon van de verdwenen man. Daarin beschrijft hij hoe hij als elfjarige moest toezien hoe zijn vader werd ontvoerd en sindsdien met onzekerheid leeft. “Ik ben nooit opgehouden te hopen op nieuws of zijn terugkeer. We zijn een grote familie geworden – een familie die blijft vechten totdat onze vermisten zijn gevonden en de verantwoordelijken ter verantwoording worden geroepen.”
Bron: ANF