Yess!

Rome en Byzantium konden eeuwenlang floreren op een vrij simpel verhaal: “Meedoen, of je kop eraf!’’… Toen daar de klad in kwam was het ook snel bekeken. Het instorten van dat imperium is als een biotoop dat door z’n hoeven gaat: the top dogs, de spelverdelers van nu, zijn de verschoppelingen van morgen.

       De Vikingen kwamen te zwaard en waren gevreesd. Dat was hun glorietijd. Alles mooi en aardig… tot zij zich gingen integreren met de onderworpen stammen…  Weldra leverden zij het uitzicht op het Walhalla in voor een christelijke hemelpoort… Snel was het met ze gedaan. Is ook niet meer goed gekomen. De magie van de bloeddorstigheid had z’n glans verloren. Dat alles dankzij de soft power van het christendom? Dat zou kunnen. Maar of het christendom werkelijk de universele peacemaker is, wat zij zelf wel meent te prediken,  daar zijn de geleerden nog niet helemaal over uit… 

       Afijn, de Vikingen werden gepacificeerd… Zelfs hun leiders gingen om. Kortom, een win-win situatie voor alle partijen. Dat zou je denken. Scrollen we even door in de tijd dan komen we aan in het jaar 1520… Heel het moederland van de Vikingen is dan onder beheer gekomen van Christian II. Het gaat goed met het rijk, Danemark. Maar er broeit daar ook wat. Onder de adel is er een groeiende weerzin en verzet tegen de bestuursstijl van de vorst. 

      Het wordt tijd om dat op te lossen. Voor eens en altijd… De koning weet er niet goed raad mee. Hij vraagt eerst zijn kardinaal om advies… ‘Weet je wat?’, zegt die raadsman, ‘nodig alle edellieden uit voor een groot banket. Vertel ze dat u ze al hun ongehoorzaamheden zal vergeven en weer schoon schip wil maken met ieder van hen…’  Zo gezegd zo gedaan.

      Er komt een banket, drie dagen en drie nachten duurt het feestje, waarbij alle genodigden elkaar onder de tafel zuipen… Tot op het moment dat de ordetroepen de feestzaal binnenstormen… Een voor een worden de dronken gasten afgeslacht. Tot op de laatste man. 

      Zo openbaarde zich de ‘soft power’ van de Heilige Kerk… De kardinaal had namelijk de vorst dit plan in het oor gefluisterd: ‘Geliefde vorst, weest niet halfhartig in uw optreden: doodt al uw tegenstanders. U heeft de zegen van de Heilige Kerk, want, door hun ongehoorzaamheid hebben zij allen heiligschennis gepleegd. Tegen U! de stadhouder van de Allerhoogste!… En laten we wel wezen: De collectieve dood van uw vijanden is voor hen nog een milde strafmaat!’ En zo geschiedde.

(Foto: Stockholm Blut Planschen)

     ’Heiligschennis’ en ’belediging van het staatshoofd’ zijn tot op heden zeer geliefde beschuldigingen om andersdenkenden aan je te onderwerpen. Ze staan in het rijtje, schouder aan schouder met ‘landverraad’… Het succes van deze dreigementen ligt erin dat zij nooit scherp zijn gedefinieerd… De strafmaat is vooral bepaald door de lange tenen van de bovenliggende partij. Hoewel dit een beproefd recept is gebleken, zou je het ook kunnen zien als een lakmoestest voor het morele failliet van het regime: Religieuze verontwaardiging om hard van leer te trekken is toch vooral een teken van onmacht, vrees ik. 

        Zelfs in seculiere dictaturen bestaat er zoiets als een soort van ‘heilige verontwaardiging’… Onuitgesproken, en werkzaam als een stille kracht… Gecombineerd met een geheime dienst die in de krochten van de samenleving opereert, is dat een machtig wapen… Een enorm sterk, ‘zelfreinigend’ recept.    

      Hoewel?…, een paar jaar later moest de vorst met de staart tussen de benen het land ontvluchten.

      Zoals de Profeet zich een roofbruidje kon toe eigenen, zonder dat dat tot gefronste blikken aanleiding gaf binnen de eigen gelederen, zo konden nadien kopstukken in naam van zijn missie zichzelf ook enige privileges veroorloven, mits de boodschap van een zekere omerta was voorzien, die tot in de haarvaten van die samenleving was doorgedrongen. 

      Ook Mao genoot een soort van heiligen-status… En ja, ook hij had een hele harem van pleziermeisjes om zich heen, inclusief een lijfarts die overuren maakte om de plaag van venerische ziektes een beetje onder bedwang te houden.

      Hoe het er bij Erdogan momenteel aan toe gaat is moeilijk vast te stellen, maar aan lange tenen geen gebrek.  

      Het lijkt er wel op dat gevangengenomen, activistische vrouwen in Turkije worden beschouwd als laaghangend fruit. 

      Nou, dat was ‘t even voor vandaag. Tot zover. Aardig dat je tot zover bent gekomen met lezen. ‘t Is wel weer even mooi geweest, dacht ik zo. Ik zou zeggen: ga maar weer even wat leuks doen, ga de hond uitlaten, of even kroelen met de kat ofzo. Neem een borrel. Doe iets aardigs. 

      Afijn, als je ‘t toch even niet kan laten, nog even dit: 

      Goed bestuur verenigt de menselijke behoefte om vooral zwart-wit te denken, met het gegeven dat het leven zich voltrekt in groezelige grijstinten. Maar wat goed bestuur inhoudt, daar zijn de meningen ook aardig over verdeeld. Zoveel landen, zoveel smaken. Zo kunnen burgers in landen die slechts één grens delen, zich toch al ontwikkelen in een parallel universum. 

      Waar je als burger de staat op kan aanspreken verschilt dus behoorlijk. Ik noem maar even: Volkert van der Graaf, die, na het vermoorden van een van onze volksvertegenwoordigers, in gevangenschap vele juridische procudures heeft opgestart tegen de Nederlandse Staat, en ook heeft gewonnen… Maar een vrouw die in Turkije wordt opgepakt bij een demonstratie, zij verdwijnt in een schimmig gebied, waar foltering en verkrachting geen uitzondering zijn – Laat staan dat zij dat bij de lokale autoriteiten aanhangig kan maken.  

      Wat drijft landen tot zo’n hardnekkig spoor van wreedheid? Het lijkt wel of die partijen in hun eigen bubbel leven. Zit die steeds terugkerende ellende ingevlochten als weeffout? Verankerd in die bubbels? Of zit het in het spel tussen die bubbels zelf?

      Zijn de verschrikkingen de noodzakelijke bijvangst? Zeg maar: de zweetdruppels van het bestaan?…  Ik weet niet. Hoe dan ook, over alle tijden heen was het nooit echt een pretje. John Mearsheimer zegt het zo: 

‘      The anarchic nature of the world system compels nations to maximize their share in world power and seek superiority.’

      Of je jezelf nou een idealist noemt, of realist, het lijkt erop dat het spel de spelers dwingt om – uit eigenbelang – zichzelf en elkaar naar de afgrond te trekken. Er is geen planet B, toch lijkt onze overlevingsdrang wel de zuiger en drijfstang van die zelfdestructie.  

 

Auteur: Paul Terlunen