- Zuid-Koerdistan
De Yezidi-vrouwenbeweging TAJÊ ((Tevgera Azadiya Jinên Êzidî) organiseerde een conferentie in Sulaymaniyah naar aanleiding van de 9e herdenking van de ISIS genocide in Shengal (Sinjar), die begon op 3 augustus 2014. De conferentie werd gehouden in de conferentiezaal van een hotel in Sulaymaniyah onder het motto “Gezamenlijke strijd van verenigde vrouwen is een garantie om massamoorden te stoppen” en werd bijgewoond door vrouwen uit de Yazidi, Kakai, Zoroastrische, Fayli en christelijke geloofsgroepen.
Onder de deelnemers waren ook vertegenwoordigers van verschillende instellingen in Sulaymaniyah, Kirkuk, Halabja, Ranya en andere steden in Zuid-Koerdistan (Noord-Irak).
De gespreksonderwerpen waren onder andere moordpartijen en beleid tegen geloofsgroepen en geloofsovertuigingen, maar ook de rol van vrouwen in de bescherming van cultuur, taal en geloof, en het belang van de gezamenlijke strijd van vrouwen.
In de slotverklaring van de conferentie werd de erkenning van de gruweldaden van ISIS als genocide een belangrijke stap genoemd en werden de staten die de genocide hebben erkend opgeroepen om de verantwoordelijken voor de massaslachting ter verantwoording te roepen.
In de slotverklaring werd opgemerkt dat Irak de aanval van 3 augustus nog steeds niet als genocide heeft erkend: “Als vrouwen hebben we moeite om het te begrijpen, en we geloven dat het parlement van Irak de gruweldaden als genocide moet aanmerken en erkennen. Irak is de thuisbasis van een breed scala aan geloven, culturen en etnische identiteiten, dankzij welke het een oude en rijke cultuur heeft. Tot onze spijt worden deze verschillen, die de basis vormen van een democratisch leven, door de regeringen gebruikt om samenlevingen tegen elkaar op te zetten en te laten vechten. Vooral de minderheden worden voortdurend aangevallen en uitgeroeid. De Kakai, Fayli, Zoroastrische, Christelijke, Sjiitische, Koerdische, Syrische en Arabische gemeenschappen zijn door de geschiedenis heen blootgesteld aan genocidale aanvallen. Zelfs vandaag de dag wordt door de smerige politiek van de regering de nadruk gelegd op religie en nationalisme en wordt de culturele rijkdom van Irak vernietigd. Als vrouwen beschouwen wij het als onze belangrijkste plicht om de strijd voor democratisering te leiden, zodat alle kleuren, stemmen, culturen, religies en overtuigingen vreedzaam naast elkaar kunnen bestaan.”
In de verklaring wordt opgemerkt dat de eerste genocide van de 21e eeuw op 3 augustus 2014 in Shengal plaatsvond voor de ogen van de hele wereld: “We hekelen nogmaals deze aanvallen die hun bron vinden in racisme, fundamentalisme en seksisme. Zolang de nasleep van de Yazidi-vrouwen die nog steeds in ISIS-gevangenschap zijn niet bekend wordt gemaakt en de wonden van de vrouwen, kinderen en mensen van Shengal niet worden geheeld, zal dit lijden een zwarte vlek tegen de mensheid blijven.”
De slotverklaring vervolgt:
“Wij, vrouwen, geloven dat we vrijheid, vrede en democratie voor ons land en onze samenleving kunnen bereiken door ons met vrije wil te organiseren. Wij beschouwen de rechten op zelfverdediging en zelfbestuur van het Shengal volk, dat blootgesteld werd aan een genocide, als legitiem en we roepen de internationale gemeenschap op om de zelfverdediging en het zelfbestuur van het Shengal volk te steunen. Wij spreken onze afkeuring uit over het akkoord dat op 9 oktober 2013 is gesloten tussen de KDP en de Iraakse regering, waarin de wil van het Yazidi-volk niet wordt erkend. We willen dat deze verkeerde beslissing onmiddellijk wordt teruggedraaid. Als er een oplossing moet komen in Shengal, dan kan dat alleen door de wil van Shengal te erkennen.
We nodigen internationale instellingen en organisaties uit om hun verantwoordelijkheid te nemen met betrekking tot de misdaden tegen de menselijkheid die in Shengal zijn gepleegd. We verwachten vooral van Irak dat het de wreedheden die in Shengal zijn begaan formeel erkent als een genocide en dat het de voortdurende aanvallen van de Turkse staat voorkomt. We vragen het Iraakse luchtruim te sluiten voor de Turkse staat om verdere verliezen te voorkomen.
Deze genocide moet nog erkend worden als oorlogsmisdaad door het internationaal recht. We keuren deze nalatigheid af en we vragen alle internationale instellingen en organisaties, vooral de VN, om de aanval op vrouwen in Shengal te definiëren als zowel een oorlogsmisdaad als een misdaad tegen de menselijkheid.
Als deelnemers aan deze conferentie prijzen wij het verzet van onze Afghaanse zusters tegen het Talibanregime. Wij waarderen hun verzet tegen het regime dat mens- en vrouwvijandig is, en wij spreken onze waardering uit voor alle vrouwen die zich verzetten in Afghanistan.
We roepen alle vrouwen over de hele wereld op om degenen die verantwoordelijk zijn voor de genocide op vrouwen in Shengal ter verantwoording te roepen.”