Tijdens het militaire beleg van het district Nusaybin in de provincie Mardin werden in totaal 70 mensen geëvacueerd uit het district en vervolgens gearresteerd op 26 mei 2016. 17 van de getroffenen waren minderjarigen. Ze werden zwaar gemarteld nadat ze waren gearresteerd.
Vijf van de jongeren werden vandaag in Mardin elk veroordeeld tot 35 jaar gevangenisstraf.
Voor het vonnis zei Heja Alğan, die ten tijde van zijn arrestatie 15 jaar oud was: “We staan terecht omdat we Koerden zijn. In Nusaybin werden vrouwen en kinderen gedood. Er werden chemische wapens gebruikt. Wat er is gebeurd zal de geschiedenis in gaan. Het is bewezen dat de staat alleen leugens vertelde. Het gebied werd tot Democratische Autonomie uitgeroepen en het was een legitieme eis. Ik protesteer ook tegen het isolement van Öcalan. De staat wil de poorten van Imrali opnieuw sluiten met zijn speciale oorlogsbeleid, maar het zal zichzelf alleen maar schaden. Gesprekken met de heer Öcalan komen zowel het Koerdische als het Turkse volk ten goede. Het probleem kan niet worden opgelost met militaire operaties. De Turkse staat beweert de PKK sinds de oprichting af te maken maar het lukt ze niet. Binnenlandse ministers komen en gaan, maar de PKK blijft.”
Achtergrond
Na de unilaterale verklaring van democratische autonomieën in Koerdische steden heeft het Turkse leger de Koerdische weerstand met excessief gebruik van geweld aangevallen en werden hele wijken vernietigd.
Tussen 16 augustus 2015 – 16 augustus 2016 werden 321 burgers door het Turkse leger geëxecuteerd. 75 van hen waren kinderen, 70 waren vrouwen en 30 waren ouder dan 60 jaar.
De vernietiging raakte de Koerdische steden Nusaybin, Sirnak en Sur het hardst. Meer dan 50 procent van deze steden werden vernietigd.
Na de moordpartijen probeerden de veiligheidstroepen hun sporen uit te wissen – zo werd het achtergebleven puin, inclusief stoffelijke resten van slachtoffers, op de oevers van de Tigris gedumpt. Officieel onderzoek naar mogelijke mensenrechtenschendingen kwam, zelfs na lang aandringen, nauwelijks op gang. Maar volgens verschillende mensenrechtenorganisaties, waaronder de UNHCR, is het bewijsmateriaal overweldigend.

