Onder leiding van president Recep Tayyip Erdoğan eindigde de 6 uur durende bijeenkomst van de Nationale Veiligheidsraad (MGK) in Ankara met de herhaling van dezelfde strategie die als belangrijkste doelwit de Koerden heeft.
De verklaring van de MGK na de vergadering herhaalde ook de vastberadenheid van Turkije om te blijven streven naar het vaststellen van wat het ironisch genoeg een “veilige zone” noemde.
Dit zou een ‘veilige zone’ zijn waarin Turkije daadwerkelijk zou kunnen wegkomen met de bezetting van een deel van het Syrische grondgebied, wat inderdaad overeenkomt met de Noordelijke en Oostelijke Federatie die wordt beheerd door de Autonome Administratie die door Koerden is ingesteld.
In de vergadering sprak Turkije zijn afkeur uit van de steun die sommige westerse landen aan de YPG hebben gegeven, en bekritiseerde tegelijkertijd het besluit van Interpol om enkele YPG-YPJ-personen te schrappen.