In het district Shêrawa, Afrin, zijn er tien scholen voor 1.800 leerlingen in de regio. Scholen voor vluchtelingenkinderen uit Afrin zijn ook gevestigd in het dorp Ziyaret en Eshtefarê. De scholen moesten nu sluiten vanwege de Turkse artillerie-aanvallen.
“Schoolbezoek levensbedreigend”
Zeynep Xebawî van het Educatie Comité beschrijft de situatie als volgt: “Met de opmars van het Syrische regime in Idlib en Aleppo heeft de Turkse staat zijn aanvallen op de regio’s Shehba en Shêrawa uitgebreid. Door de huidige aanvallen zijn alle mensen in de regio in gevaar, vooral schoolbezoek is levensbedreigend.”
Als gevolg hiervan is het aantal leerlingen afgenomen; de scholen in de dorpen Bashamra, Mezin, Koltiyê en Burcqas zijn volledig gesloten. Xebawî veroordeelt krachtig de stilte van de internationale gemeenschap met betrekking tot de aanvallen op de burgerbevolking.
Student Mufîda Hebeş, zelf een vluchteling, sprak met het ANHA persbureau en zei: “De Turkse staat heeft ons verdreven en onze scholen in Afrin gebombardeerd. Nu bombarderen ze onze scholen hier. Wat hebben wij misdaan?”
Student Cihan Musafa vertelt: “Het dorp Aqîbê, waar we verblijven, wordt dagelijks met artillerie aangevallen door het Turkse leger. We willen onze opleiding voortzetten, maar omdat onze scholen worden gebombardeerd, kunnen we dat niet.”