De revolutionair Teslim Töre stierf zondagochtend in een ziekenhuis in Bern. Töre, die sinds 2003 als politiek vluchteling in Zwitserland woonde, leed aan kanker waarvoor hij in behandeling was.
Teslim Töre werd geboren in 1939 in de provinciehoofdstad van Arxa (Akçadag), gelegen in de noordelijke Koerdische provincie Meletî (Malatya). Zijn politieke carrière begon in 1963 als activist van de Arbeiderspartij van Turkije ( Türkiye İşçi Partisi, TIP). In 1969 werd Töre, die ook als lokale journalist in Meletî werkte, voor het eerst gearresteerd en bracht drie maanden in de gevangenis door. Na zijn vrijlating in 1970 was hij een van de oprichters van het Volksbevrijdingsleger van Turkije (Türkiye Halk Kurtuluş Ordusu, THKO), onder leiding van Deniz Gezmiş.
Nadat verschillende Turkse THKO-leden in mei 1971 in de regio Nûrheq (Nurhak) vermoord werden, vertrok Töre naar Syrië om contacten te leggen met de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO). Töre keerde in 1974 terug naar Turkije om twee jaar later gevechtseenheden ( Eenheid in Strijd) van het Volksbevrijdingsleger van Turkije (THKO / MB) te stichten. In 1980 was hij ook een van de oprichters van de Communistische Arbeiderspartij van Turkije (Türkiye Komünist Emek Partisi, TKEP). Toen in september 1980 de militaire coup plaats vond in Turkije, moest Töre opnieuw naar Syrië vertrekken om aan arrestatie te ontsnappen.
In 1988 keerde hij terug naar Turkije, waar hij in 1993 werd gearresteerd voor zijn politieke activiteiten. Pas in 2001 werd Törre uit de gevangenis vrijgelaten, waarna hij onmiddellijk zijn politieke betrokkenheid voortzette. In 2003 moest de revolutionair Turkije opnieuw verlaten. Hij ontving politiek asiel in Zwitserland en werd het jaar daarop door een Turkse rechtbank veroordeeld tot 22 jaar gevangenisstraf. Ondanks zijn ballingschap zette hij zijn politieke activiteiten tot het einde voort.