Protesten bij EU-parlement waarschuwen voor “humanitaire tragedie” in Noordoost-Syrië

  • Brussel

Koerden en hun bondgenoten uit Duitsland, Frankrijk en Nederland gaven gehoor aan de oproep van het Congres van Democratische Verenigingen van Koerdistan in EuropaKCDK-E) en de Kurdish Women’s Movement in Europe (TJK-E) en verzamelden zich in Brussel, België, om te protesteren tegen de aanvallen van de Turkse bezettingsstaat en zijn huurlingen op de regio Noord- en Oost-Syrië.

De menigte verzamelde zich op de Place du Porte de Namur, met spandoeken die de oorlogsmisdaden benadrukten die de Turkse bezettingsstaat heeft gepleegd tegen de bevolking van Noord- en Oost-Syrië. Ze hieven ook de vlaggen van de Volksverdedigingseenheden (YPG) en Vrouwelijke Volksverdedigingseenheden (YPJ).

Na een moment van stilte marcheerde de menigte naar het Europees Parlement. De covoorzitter van het Koerdische Nationale Congres (KNK), Ahmed Karamus, verklaarde dat als de aanvallen niet worden gestopt, er een humanitaire tragedie zal plaatsvinden en hij drong er bij het Europees Parlement op aan om zijn rol te spelen bij het aanpakken van deze kwestie.

In een verklaring namens de menigte werd een boodschap gericht aan de Europese instellingen, waarin hun stilzwijgen over de aanvallen van de Turkse bezettingsstaat en zijn huurlingen werd bekritiseerd.

Parlementslid Jonas Sjöstedt van de Zweedse Linkse Partij en parlementslid Bernardo Barrena van de Baskische Linkse Partij spraken tijdens het evenement hun steun uit voor Rojava, dat zich blijft verzetten tegen de aanvallen van de bezetting.

Fouad Omar, de vertegenwoordiger van de Democratische Unie Partij (PYD) in Europa, benadrukte dat de aanvallen van de Turkse bezettingsstaat bedoeld zijn om ISIS-huurlingen in de regio nieuw leven in te blazen, en zei: “Internationale machten en het Europees Parlement moeten deze kwestie serieus aanpakken.”

Omar riep verder Koerden op door te zeggen: “Dit is niet alleen een oorlog in Rojava, maar een oorlog voor vrijheid in het Midden-Oosten. Dit is de oorlog van heel Koerdistan, en het is de oorlog van het Koerdische volk.”

In dezelfde context verklaarde Ahmed Karamus, medevoorzitter van het Koerdische Nationale Congres, dat de Turkse staat met zijn aanvallen het bestaan en de identiteit van het Koerdische volk wil vernietigen en de demografie van Rojava wil veranderen. Karamus drong er bij de Raad van Europa en de Europese publieke opinie op aan: “Als de aanvallen niet worden gestopt, zal er een humanitaire tragedie plaatsvinden. We doen een beroep op de Europese Unie: als zij haar rol speelt en een standpunt inneemt tegen de aanvallen van de Turkse staat, zal zij een humanitaire ramp en bloedbaden helpen voorkomen.”