- Duitsland
Maandag begint het volgende proces tegen een “verdacht PKK-lid” bij het Hanzehogere Regionale Gerechtshof in Hamburg. De verdachte is de Koerdische Kadri Saka, die in januari in zijn flat in Bremen werd gearresteerd en sindsdien in de Hamburgse Holstenglacis voorarrestgevangenis zit.
Het Hamburgse Openbaar Ministerie – Centraal Bureau voor Staatsbescherming – beschuldigt de 58-jarige ervan van eind 2018 tot juli 2021 als PKK-lid in een “prominente positie” in Bremen en omgeving actief te zijn geweest en de toenmalige verantwoordelijke voor het gebied te hebben gesteund. Zijn taken zouden bestaan uit het organiseren van demonstraties en evenementen, het mobiliseren van deelnemers voor deze activiteiten, het bemiddelen bij geschillen, het uitvoeren van inzamelingsacties of het verkopen van tijdschriften en kaartjes voor evenementen. Deze activiteiten worden gecategoriseerd als lidmaatschap van of steun aan een terroristische organisatie in het buitenland volgens artikel 129a/b van het Duitse Wetboek van Strafrecht.
Toestemming voor vervolging door het federale ministerie van Justitie
Volgens het rechtsbijstandfonds AZADÎ e.V. dateert de individuele machtiging van het Bondsministerie van Justitie om Kadri S. te vervolgen van 27 september 2021. “Het Oberlandesgericht impliceert dat het ervan uitging dat er geen onderzoeksprocedure tegen hem zou worden ingesteld op grond van artikel 129a/b StGB omdat de algemene machtiging van het BMJV van 6 september 2011 alleen van toepassing is op het kaderniveau van de PKK en hij zijn werkzaamheden niet aan dit hiërarchische niveau heeft toegewezen”, verklaarde AZADÎ in een verklaring in februari.
In Duitsland sinds 1991
Kadri Saka werd in 1966 geboren in Hespist in de provincie Şirnex en heeft de Turkse nationaliteit. Hij woont sinds 1991 in Duitsland vanwege de politieke onderdrukking in Turkije. De vader van acht kinderen is een bekende activist in de Koerdische gemeenschap in Bremen en is in het verleden verschillende keren gearresteerd; zijn huis is herhaaldelijk doorzocht.
Hoorzittingen gepland tot oktober
Het proces tegen Kadri Saka begint op maandag 15 juli 2024 om 11.00 uur voor de 4e strafkamer van het Oberlandesgericht Hamburg in zaal 288 in het strafrechtsgebouw aan de Sievekingplatz 3. Volgens de beschikbare informatie zijn de zittingen aanvankelijk gepland tot oktober, met volgende data op 16, 18 en 19 juli, 12, 21 en 23 augustus, 16, 23, 24, 26 en 30 september en 4, 7, 9 en 10 oktober.
Tweede lopende PKK-proces in Hamburg
De staatsbeschermingsprocedure tegen Kadri Saka is het tweede lopende “PKK-proces” in Hamburg. De Koerdische activist Kenan Ayaz zit in Hamburg in hechtenis sinds zijn uitlevering uit Cyprus in juni 2023, en het proces, dat in november begon, sleept zich voort. De volgende hoorzitting staat gepland voor 17 juli en er wordt reikhalzend naar uitgekeken. Kenan Ayaz wil een gedetailleerde slotverklaring afleggen, de zaal was al erg vol bij de laatste hoorzittingen.
Twaalf Koerden in de gevangenis in Duitsland onder §129b
Naast Kadri Saka en Kenan Ayaz bevinden zich in Duitsland nog tien Koerden in voorlopige hechtenis of strafrechtelijke detentie op grond van §§129a/b StGB: Özgür Aydın in Bremen, Mehmet Çakas in Hannover, Sabri Çimen in Wittlich, Mazlum Dora in Stuttgart, Ali Engizek in Ratingen, Tahir Köçer in München, Abdullah Öcalan in Heilbronn, Haci A. in Kempten, Ferit Çelik in Koblenz en Ali Özel in Frankfurt. in Kempten, Ferit Çelik in Koblenz en Ali Özel in Frankfurt.
Uitleveringsprocedures in Frankrijk en Nederland
Er zijn ook twee uitleveringsprocedures bekend. De journalist Serdar Karakoç, die in mei op verzoek van Duitsland in Nederland werd gearresteerd, is onder strikte voorwaarden voorlopig vrijgelaten. De Koerd mag Nederland niet verlaten en zijn paspoort is in beslag genomen. Op 24 juli wordt een besluit genomen over zijn uitlevering aan Duitsland.
Duitsland eist van Frankrijk de uitlevering van Gülhatun Kara, een oude activiste van de Koerdische vrouwenbeweging. Ze werd in juni in Frankrijk gearresteerd en na enkele dagen gevangenschap onder voorwaarden vrijgelaten. Volgens de beschikbare informatie is het Duitse verzoek gebaseerd op een vooronderzoek dat in 2019 is gestart in verband met de Koerdische Arbeiderspartij (PKK). De in 1965 in Turkije geboren Koerdische vrouw is sinds de jaren ’90 betrokken bij de vrouwenbeweging en is in Europa bekend om haar vele publieke optredens.