Honderdduizenden mensen moesten vluchten uit Noord-Syrië om te ontsnappen aan de aanvallen van Turkije en zijn milities. Ze moeten nu onder zware leefomstandigheden leven in Raqqa, Tabqa en Kobanê, evenals andere Noordoost-Syrische steden.
Jihadisten vermoordden zonen en plunderden het appartement
Edule Ime is een van hen. Twee van haar zonen werden voor haar ogen gedood door de milities van het “Syrische Nationale Leger” (SNA), die ondergeschikt zijn aan Turkije. Ze moest ontsnappen met haar man en haar jonge kleinkinderen en probeert nu te overleven in Raqqa. Ime meldt: “Toen deze bendes kwamen, moesten we vluchten. Ze hadden toch al twee van mijn zonen voor mijn ogen gedood. Nu zorgen mijn man en ik voor de kleinkinderen, peuters nog. Onlangs, toen ik zag hoe ons huis eruit zag, werd het duidelijk dat ze alles hadden geplunderd, maar dan ook echt alles. Ze zeiden dat mijn zoon naar hen toe moest komen. Ze hadden er al twee gedood. Nu heb ik er nog maar één over en zou ik hem moeten geven? Uit angst had ik ja gezegd en ging naar buiten. Ik ben daar nooit meer geweest. Nu wonen we hier in een huis waarvan we niet weten van wie het is. Het heeft geen ramen of deuren.”
Na de invasie plunderden ze gewoon alles
Esma Mihemed zegt: “Ze namen alles van ons af. Wij waren in orde. We hadden alles. We leefden samen, Arabieren en Koerden, zonder enig verschil. Erdoğan en zijn milities hebben alles vernietigd. We wonen hier nu met drie gezinnen. Mijn man is ziek, maar de buren helpen ons.”
Geen verschil met de IS
Een andere vluchteling uit Girê Spî (Tall Abyad) vertelt over de tijd vóór hun ontsnapping: “Ze komen vooral ‘s avonds de huizen binnen en stelen alles. Ze nemen de auto’s voor de deur weg. Je kunt zelfs je buren niet bezoeken. Als je eenmaal buiten bent, stelen ze alles. De vrouwen kunnen niet naar buiten gaan uit angst. Ze dragen allemaal lange baarden en IS-gewaden. Ze schreeuwen jihadistische leuzen. Er is geen verschil met de IS. Ze hebben emirs zoals de IS. We hadden Koerdische buren. Ze plunderden hun huizen. Toen we zeiden dat ze niets hadden gedaan en vroegen waarom ze werden beroofd, namen ze ons mee en martelden ons. We vluchtten naar Raqqa. We willen terugkeren naar ons oude leven. Vroeger hadden we het heel goed. ”