Vierentwintig jaar geleden gingen de ‘Zaterdagmoeders’ voor het eerst de straat op, om op het Galatasaray-plein in Istanbul te demonstreren tegen de praktijken van de Turkse staat om mensen in hechtenis te vermoorden en de lichamen te laten verdwijnen, en straf voor de daders te eisen. Sinds vorig jaar is het Galatasaray-plein elke zaterdag afgesloten door de politie om de actie van de moeders te stoppen. De vrouwen en hun aanhangers houden daarom hun reguliere betoging voor de deur van de Mensenrechtenorganisatie IHD, in een kleine zijstraat in Istanbul. Elke week wordt er een moord- of verdwijningszaak belicht, vooral uit de jaren negentig, toen de meeste verdwijningen plaatsvonden.
De 751ste bijeenkomst van de Zaterdagmoeders was opgedragen aan Mehmet Ertak, vader van vier, die na zijn arrestatie op 20 augustus 1992 in de provincie Şırnak verdween. De toen 32-jarige man was een kolenmijnwerker en woonde met zijn gezin in het gehucht Rezuk. Op de dag van zijn verdwijning vertrok hij na zijn werk met drie collega’s naar huis. Het voertuig van de man onderging een politiecontrole; Mehmet Ertak was de enige die werd gearresteerd en werd naar de politie van Şırnak gebracht. Voorheen was hij twee keer gearresteerd en in hechtenis gemarteld. Hoewel zijn collega’s later getuigden dat Mehmet Ertak door geüniformeerde politiemannen was meegenomen en zes anderen beweerden gezien te hebben dat hij in hechtenis zat en werd gemarteld, ontkennen de Turkse autoriteiten hem ooit te hebben gearresteerd.
JITEM-lid bekent de moord op Ertak
Na verschillende mislukte pogingen van familieleden om de verblijfplaats van Mehmet Ertak te verduidelijken, verklaarde Murat İpek, een lid van de informele inlichtingendienst van de Turkse Gendarmerie JITEM, waarvan het bestaan jarenlang door de Turkse staat werd ontkend, in zijn bekentenissen in 1997 dat ze Ertak hadden vermoord op bevel van Necati Altuntaş, politiechef in Şırnak en anti-Terreur Politiechef Mehmet Kaplan. İpek zei dat alle executies waren uitgevoerd in de wetenschap van de toenmalige OHAL-gouverneur Ünal Erkan.
Turkije door EHRM schuldig bevonden
Niettemin werd de zaak afgewezen door het Hof van Cassatie van Turkije. Mensenrechtenadvocaat Tahir Elçi, die door een politieagent werd doodgeschoten tijdens een persconferentie in Amed in november 2015, bracht de zaak naar het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) om straf te eisen voor de daders van de moord op Ertak. Terwijl Elçi daarmee werd gearresteerd door de politie, veroordeelde het EHRM Turkije voor schending van het recht op leven.
Ertak’s lichaam nog steeds niet gevonden
Er zijn inmiddels 27 jaar verstreken sinds de “verdwijning” van Mehmet Ertak, wiens lichaam nog moet worden gevonden. Zijn zoon Serhat Ertak zei vandaag: “Omdat er geen gerechtigheid tot ons is gekomen, hebben we er duizenden kilometers naar gezocht. Maar zelfs vandaag is gerechtigheid nog ver weg. Maar hoop sterft nooit. Degenen die na ons komen, zullen deze strijd in leven houden.”