- Zuid-Koerdistan
Het medevoorzitterschap van de Uitvoerende Raad van de KCK (Unie van Koerdische Gemeenschappen) over de 13de herdenking van het bloedbad van Roboskî, waar 34 Koerden, voornamelijk jongeren, werden gedood in een luchtaanval door de Turkse staat.
De verklaring werd gepubliceerd door ANF Nieuwsagentschap en omvat het volgende:
“Op 28 december 2011 heeft de genocidale kolonialistische Turkse staat 34 Koerden, voornamelijk kinderen, die probeerden in hun levensonderhoud te voorzien op de grens van Noord [Zuidoost-Turkije] en Zuid-Koerdistan [Noord-Irak], op brute wijze afgeslacht door hen te bombarderen met aanvalsvliegtuigen. Deze massamoord op de dorpelingen van Roboskî is de geschiedenis ingegaan als een van de ontelbare massamoorden die tegen Koerden zijn gepleegd onder de naam “Roboskî Bloedbad”. We veroordelen deze verachtelijke massamoord nogmaals met grote woede en geweld. Ook herdenken we alle martelaren van de revolutie en de democratie en herhalen we nogmaals onze belofte aan de martelaren.”
De verklaring voegde eraan toe: “Hoewel het 13 jaar geleden is dat de massamoord op Roboski plaatsvond, is de massamoord op Roboski, net als alle andere massamoorden, in de doofpot gestopt. De daders van het bloedbad zijn niet ter verantwoording geroepen en het bloedbad is niet fout bevonden en is verdedigd. Zoals bekend heeft de fascistische leider Tayyip Erdoğan, die persoonlijk opdracht heeft gegeven voor het bloedbad, het bloedbad openlijk verdedigd en degenen die het hebben uitgevoerd gefeliciteerd. Door het bloedbad en de massamoordenaars te omarmen, heeft Tayyip Erdoğan zowel zijn rol in het bloedbad als de benadering van de Koerden door de Turkse staat onthuld. Het bloedbad in Roboski is een van de ontelbare bloedbaden tegen de Koerden, en geen van deze bloedbaden is toevallig aangericht. Ze vonden allemaal plaats in het kader van het plan van de Turkse staat voor de genocide op de Koerden. Het bloedbad van Roboski was ook zo. Vandaag gaat het beleid en de realiteit van het bloedbad van de Turkse staat gewoon door.”
De verklaring ging verder: “Naar aanleiding van het 13e herdenkingsjaar van het bloedbad in Roboskî, willen we nogmaals benadrukken dat gerechtigheid niet kan worden verwacht van de staat die volkeren afslacht, in het bijzonder het Koerdische volk. Het is de strijd van de volkeren die gerechtigheid zal brengen en een historische afrekening tot stand zal brengen. Het Koerdische volk zal het genocidale kolonialisme en de massamoordenaars ter verantwoording blijven roepen door hun strijd op te drijven en hun vrijheid te realiseren. Het Koerdische volk zal zeker zijn vrijheid realiseren en alle massamoorden ter verantwoording roepen. Wij zijn een beweging en een volk die dit beloofd hebben. We moeten deze belofte vervullen door onze strijd voor vrijheid verder op te drijven. Op deze basis roepen we iedereen op om intensiever te strijden, om het bloedbad van Roboskî en alle andere bloedbaden ter verantwoording te roepen.”