- Zuid-Koerdistan
Naar aanleiding van de 43e jaar van het gevangenisverzet van 14 juli 1982 heeft de Unie van Koerdische Gemeenschappen (KCK) een verklaring gepubliceerd waarin het belang van deze historische datum voor de Koerdische bevrijdingsbeweging wordt benadrukt. De verklaring eert de martelaren van de hongerstaking en legt een direct verband met de huidige politieke koers die Abdullah Öcalan heeft ingezet met zijn meest recente “Manifest voor vrede en een democratische samenleving”.
“Het nieuwe proces dat is voortgekomen uit de vredesoproep van Abdullah Öcalan is gebaseerd op de lijn en de nalatenschap van het historische verzet van 14 juli – de lijn die ons volk het bewustzijn van vrijheid en de wil om te bestaan heeft teruggegeven,” verklaarde de Uitvoerende Raad van de KCK in zijn schriftelijke verklaring op zondag.
Hayri Durmuş, Kemal Pir, Akif Yılmaz en Ali Çiçek
In haar verklaring herdenkt de KCK de vier centrale persoonlijkheden van het doodsvasten in de militaire gevangenis in Amed (Tr. Diyarbakır) in 1982: Hayri Durmuş, Kemal Pir, Akif Yılmaz en Ali Çiçek. Met hun verzet stelden ze een voorbeeld tegen kolonialisme, ontkenning en uitroeiingspolitiek. “We herdenken deze martelaren met diep respect, liefde en dankbaarheid en herbevestigen onze belofte aan alle martelaren van de vrijheids- en democratiebeweging,” luidt de verklaring.
Van de gevangeniscel naar een nieuwe politieke fase
De KCK benadrukt dat het verzet van 14 juli niet alleen een moment van protest was, maar het begin markeerde van een ideologische en organisatorische lijn die tot op de dag van vandaag standhoudt. Deze lijn – geïnspireerd door het eerste manifest “Het pad van de Koerdische revolutie”, dat Abdullah Öcalan in de zomer van 1978 in Amed schreef – is nu overgebracht naar een nieuwe fase: met het manifest van 19 juni 2025, dat zich richt op een vreedzame, democratische oplossing en sociale zelforganisatie.
“De huidige vrijheidsbeweging staat op de drempel van nieuwe historische ontwikkelingen,” gaat het verder. De KCK ziet dit als een voortzetting van de “apoïstische lijn”, die nu nieuwe impulsen moet geven met perspectieven als een democratische natie, democratisch socialisme en gemeenschappelijk samenleven, niet alleen voor Koerden, maar voor de hele regio van het Midden-Oosten.
Oproep tot herdenking en organisatie
Tot slot roept de KCK de Koerdische samenleving en haar aanhangers wereldwijd op om de martelaren van 14 juli te eren, hun geschiedenis te begrijpen en “op deze basis de nieuwe fase van politieke organisatie en verzet vorm te geven”. De verklaring sluit af met de oproep om 14 juli op te vatten als een dag van collectief herdenken en ontwaken.
Bron: ANF