Naar aanleiding van het elfde jaar sinds de aanval van de terreurmilitie “Islamitische Staat” (IS) op de Yezidische bevolking in de regio Şengal in Noord-Irak (Zuid-Koerdistan) heeft de Gemeenschap van Samenlevingen van Koerdistan (KCK) een verklaring gepubliceerd. Daarin herdenkt zij de slachtoffers van de genocide van 3 augustus 2014 en eert zij het verzet van de lokale bevolking als een keerpunt in de geschiedenis.
Yezidisch verzet luidde een nieuw tijdperk in
“De geschiedenis heeft niet alleen de genocide van 3 augustus vastgelegd, maar ook het verzet dat daarop volgde”, aldus de verklaring van de covoorzitters van de uitvoerende raad van de KCK. “Vrouwen, mannen en jongeren uit Şengal hebben zich verzet tegen de opmars van IS en met hun moed een nieuw hoofdstuk geschreven. De kinderen van Şengal zijn in opstand gekomen tegen een van de meest brute gewelddaden in de geschiedenis en hebben een nieuw tijdperk ingeluid.”
De KCK herinnert eraan dat de genocide op de Ezidi’s – ook wel “74e Ferman” genoemd – nog steeds diepe sporen achterlaat. Duizenden mensen zijn vermoord, vrouwen zijn tot slavernij gedwongen en mishandeld, talloze mensen zijn verdreven. Velen worden nog steeds als vermist beschouwd, talrijke massagraven zijn tot nu toe niet geopend. “Wat er op 3 augustus gebeurde, blijft een ongekende breuk met de beschaving in een tijdperk dat zich beroemt op zijn mensenrechten.”
Kritiek op Bagdad en Hewlêr
De organisatie richt opnieuw kritiek op de toenmalige veiligheidstroepen: noch het Iraakse leger, noch de peshmerga van de Democratische Partij van Koerdistan (KDP) zouden hun beschermingsplicht hebben vervuld. In plaats daarvan zou de bevolking in de steek zijn gelaten toen IS aanvallen uitvoerde. “Deze nalatigheid is tot op heden niet verwerkt, noch politiek, noch moreel.”
De KCK benadrukt in het bijzonder de rol van een klein guerrillacontingent van de PKK dat in Şengal was gestationeerd en onmiddellijk na de IS-aanval samen met de lokale bevolking verzet had georganiseerd. “Honderden yezidische vrouwen en mannen zijn in deze strijd aan de zijde van de guerrilla omgekomen. Hun inzet heeft de genocide gestopt en de basis gelegd voor een nieuwe eigen verantwoordelijkheid”, aldus de KCK.
Yezidische eis tot zelfbestuur legitiem
De KCK beschouwt de eis van de Yezidi’s tot zelfbestuur en zelfverdediging als legitiem en noodzakelijk. “Wie zich tegen deze eis verzet, kan dat noch juridisch, noch moreel rechtvaardigen”, aldus de KCK. Het is veeleer de taak van zowel de Iraakse regering als de internationale gemeenschap om de autonomiestructuren in Şengal te respecteren en te beschermen. Een oplossing in overeenstemming met de Iraakse grondwet is mogelijk en noodzakelijk.
Tot slot roept de KCK op om de nagedachtenis aan de slachtoffers te bewaren en de lessen uit de genocide serieus te nemen: “De geschiedenis heeft niet alleen de wreedheid van 3 augustus gedocumenteerd, maar ook de moed en vastberadenheid van een volk dat zich niet liet uitroeien.”