Kinderen in Kamp al-Hol, ten oosten van Hesekê, hesen een IS-vlag en riepen de “Takbir”. Videofragmenten van de scène illustreren dat de zogenaamde “Islamitische Staat” niet alleen een militair probleem is.
De situatie in het kamp al-Hol is zorgwekkend: ongeveer 70.000 leden van de jihadistische milities van de islamitische staat (IS) uit 54 verschillende landen – meestal vrouwen en kinderen – verblijven in de tentstad ten oosten van Hesekê. De internationale gemeenschap neemt ze niet op zich, de volledige last ligt op economisch, veiligheids- en logistiek vlak op de schouders van het autonome zelfbestuur en de bevolking van Noordoost-Syrië – ondanks de last van de strijd tegen de terroristische milities: 52.000 vierkante kilometer van Syrië is vrijgesteld van de IS-heerschappij door de SDF (Syrische Democratische Krachten) als onderdeel van hun aanvallende operatie ” Cizirê Storm”. 11.000 mensen stierven, 21.000 strijders raakten gewond.
De militaire overwinning op de zogenaamde IS betekent echter niet dat de extremistische organisatie ten einde is. De echte overwinning kan alleen worden bereikt als de strijd tegen de ideologie wordt gewonnen. Dit is echter moeilijk omdat het zelfbestuur er met deze uitdaging grotendeels alleen voor staat.
Het op Rojava gebaseerde nieuwsagentschap ANHA (Hawarnews) heeft een gelekte video vrijgegeven waarin IS-kinderen in kamp Al-Hol te zien zijn voor een IS-vlag die aan een lantaarnpaal is bevestigd, terwijl ze dansen en “Takbir” (Allah is de grootste) roepen. Versluierde vrouwen staan daar en filmen de actie met hun mobiele telefoons. De scène laat zien dat een nieuwe generatie IS hier dreigt te groeien.