“The problem with the rat race is: even if you win, you’re still a rat.”
Kunnen we Dilar Dirik niet es uitnodigen in Den Haag, om in het parlement haar betoog te houden?
Waarom Dilar Dirik? Wie is zij?
Dilar Dirik is het prominente gezicht van The Kurdish Women Movement. Als geen ander weet zij te benoemen wat de drijvende kracht is achter de zichtbare strijd in Turkije en Syrië. Met haar in Oxford geschoolde kennis duidt zij de vastgelopen situatie van de Turkse staat, en biedt zij uitzicht op bevrijding.
Voor veel Nederlanders is Dilar Dirik nog onbekend. De strijd in Turkije is nog zó níet ons ding. Terwijl het ons juist zo aangaat, zou ik zo denken.
Positief in deze tijd is wel dat op meerdere plekken in de wereld de maat vol is. Mensen gaan de straat op, laten zich niet meer wegdrukken. Generaties lang gebukt onder corruptie en staatsgeweld.
Uitzichtloosheid die tot een ontlading komt. Opstand, uit nood geboren. Het besef dat er niets verandert als je niets verandert.
In Chili een soort broodoproer. Ook in Libanon, en in Irak. Vernieuwing komt in erupties.
Rojava staat niet op zichzelf. Net zo min als de uitkomst van Rojava ons onberoerd zal laten. Het welslagen van dit sociale experiment wordt zowel omhelsd als gevreesd. Vereerd en doodgezwegen.
Laten we eerlijk zijn: er is in Europa geen spontaan begrip voor deze dappere moeders in stoer gevechtstenue, en ook niet voor de sterke Koerdische vrouwen in kleurig wapperende rokken. Maar waar lopen we dan wèl warm voor?
Het lijkt mij, dat iemand als Dilar Dirik het duidelijk zou kunnen overbrengen aan ons, dat het om veel diepere dingen gaat. Dat een nieuwe generatie vrouwen, in parallelle ontwikkeling, samen de wereld vorm geeft en doorgeeft aan onze kinderen.
Naar mijn mening is al jaren het internationale betoog rond de Turkse kwestie vastgelopen in een herhaling van zetten. Ik voel me — en met mij nog heel wat mensen – verraden. Het daar dan maar bij laten werkt ook niet zo, voor mij.
Steeds kom ik terug op Turkije. Niet omdat Turkije de enige uniek-fascistische moordmachine is die de wereld rijk is, maar omdat Turkije zelfs letterlijk zo nauw met ons eigen “vrije” Europa verbonden is. “We rely on Turkey” was wel een lang gekoesterde NATO visie. Die droom is over.
Kunnen we niet iets krachtiger onze steun zichtbaar maken aan de gewone mensen in Turkije, de mensen die de ellende van de corruptie in hun dagelijkse bestaan hebben te dragen? Zodat de roep om een volgende veldtocht tegen “de existentiële vijand” ietsje minder applaus oogst.
Basic is dat in Turkije iedereen gebukt gaat onder de parasitaire staat die de bevolking tegen zichzelf uitspeelt. Iedereen weet dat, voelt dat. Dat uitspreken staat gelijk aan landverraad. Is het, dat de motor achter het Turkse wapengekletter de worsteling is van de Turkse staat met zichzelf, met haar eigen existentiële leegte? Zijn de gewelds-excessen van de Turkse staat te begrijpen als een voorwaartse vlucht, omdat de staat niet bij machte is om een fatsoenlijk antwoord geven op de ravage die zij zelf heeft aangericht? De overbekende noodsprong van autocratische regimes. Maar er zijn al wat barstjes dat in de lak waar het licht doorheen valt.
In Istanbul en Ankara is al heel wat gaande, maar men moet daar nog wel op de tenen lopen. Radicale liefde?? Voorlopig nog wel de gesluierde versie.
Net over de grens van Turkije was in Rojava al de ongekuiste versie van vernieuwing neergezet. Breed en diep verankerd. Dat was bij aanvang al een doorn in het oog van conservatief Turkije. Het zou es komen overwaaien?!!
De eerste reflex tegen dit bevrijdende antwoord was zowel ingegeven door culturele als ook door puur opportunistische roerselen. Juist in de nationalistisch geïslamiseerde kookpot van de AKP en MHP viel een vrij geluid niet bepaald in goede aarde.
Achter de terreur van de Turkse staat schuilt een massieve machine van roof en plat gewin — Dat laat zich niet vrijwillig ontmantelen. Met een gemuilkorfde rechterlijke macht en een trollenleger van 16000 man sterk kwam de Turkse staat een heel eind.
Spijtig is natuurlijk dat de geur van meedogenloze corruptie zich niet met een digitale okselspray laat verdrijven. De Turkse staat heeft de geurvlaggen uitgezet tot ver over de Syrische en Iraakse grens.
Apart is wel dat dit alles in het Witte Huis al lang bekend was: neem de Turkse miljarden zwendel in goud. Daarmee heeft Turkije op eigen kracht het Amerikaanse embargo tegen Iran nagenoeg om zeep gebracht…
Dat was goed bekend, maar het Witte Huis bleek er alles aan gelegen om de diplomatieke consequenties daarvan tot een absoluut minimum te beperken. In oktober 2018 werd vanuit the Oval Office grote druk op de DOJ uitgeoefend om de rechtsnaleving in relatie tot deze witwaszwendel uh…“aan te passen”. Als we de woorden van Rex Tillerson serieus moeten nemen was de president daarin bereid om “oplossingen” te genereren die volstrekt indruisen tegen de Amerikaanse constitutie.
De winst van dit alles is wel dat Europa, waar het gaat om het verdedigen van de eigen democratische waarden, niet meer zo hoeft op te kijken naar grote broer Amerika. Maar waar ligt onze inspiratie dan wel?
Laten we met enige regelmaat luisteren naar Dilar Dirik. Wellicht dat het ons kan helpen ons zelfvertrouwen terug te vinden, soms uit geheel onverwachte hoek.
Auteur: Paul Terlunen