Volgens het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten zijn 36 mensen behorend tot de strijdkrachten van het regime en 33 mensen behorende tot de huursoldaten die verbonden zijn met Turkije, gedood tijdens gevechten in Idlib.
“Het is het meest gewelddadige conflict in de provincie Idlib sinds het staakt-het-vuren van kracht werd”, vertelde Rami Abdul Rahman, directeur van het Observatorium, aan AFP.
Zondag werden zware rookwolken gezien in de regio Murat El. Volgens het Observatorium lanceerden regime-troepen een aanval op een sector in het zuidoosten van Idlib, waar huurlingengroepen zaterdag de controle hadden over vier dorpen. Abdul Rahman zei dat de regeringstroepen de controle over de dorpen volledig hadden herwonnen en dat de conflicten aanhielden.
De provincie Idlib staat onder controle van de Al Qaida en de door Turkije gesteunde Tahrir El Şam. In deze regio zijn sommige gebieden van buurlanden Aleppo, Hama en Latakia nog steeds buiten controle van het regime. De huurlingengroepen worden echter steeds zwakker.
Ondanks het staakt-het-vuren dat op 31 augustus is aangekondigd, zijn de botsingen en bombardementen de afgelopen weken in de regio toegenomen.
De Syrische president Bashar al-Assad, die op 22 oktober zijn eerste bezoek bracht aan de gebieden onder het regime in Idlib, verklaarde dat de Idlib-strijd de sleutel was tot het beëindigen van de oorlog.