In de Koerdische geschiedenis zijn verzet en collaboratie nauw met elkaar verweven. Terwijl de Koerden duizenden jaren lang hun onafhankelijkheid verdedigden tegen bezetters, bestaat er ook een traditie van gedeeltelijke samenwerking met diezelfde machten. Deze historische ambivalentie is vandaag nog steeds aanwezig in de Koerdische politiek. Een bijzonder treffend voorbeeld is het conflict tussen de PKK (Koerdische Arbeiderspartij), die wordt beschouwd als de leidende kracht in de Koerdische vrijheidsstrijd, en de KDP (Koerdische Democratische Partij) onder leiding van de familie Barzanî, die vaak wordt beschuldigd van verraad.
Als we het beleid van de KDP willen beschrijven, moeten we eerst een onderscheid maken tussen de termen “samenwerking” en “verraad”. “Samenwerking” beschrijft een samenwerking die vaak gebaseerd is op pragmatische, wederzijdse belangen. “Verraad”, daarentegen, impliceert een diepgaande verwerping van nationale en sociale waarden. De Koerdische geschiedenis kent vele gevallen van samenwerking, maar vooral in de laatste eeuw heeft deze vorm van samenwerking zich in sommige gevallen ontwikkeld tot verraad. In deze context betekent verraad zich ideologisch, politiek en praktisch onderwerpen aan de vijand.
De KDP speelt een centrale rol in deze ontwikkeling. Haar nauwe samenwerking met de Turkse staat wordt door velen gezien als verraad aan de Koerdische belangen. Het is daarom niet voldoende om hen en soortgelijke organisaties als “collaborateurs” te omschrijven. Hun relatie met Turkije heeft een historische en politieke dimensie gekregen die veel verder gaat dan de “klassieke” collaboratie. Het verbaal afzwakken van dit feit betekent het afzwakken of zelfs legitimeren van de – zij het onbedoelde – gepleegde misdaden.
De KDP als handlanger van het Turkse kolonialisme
De acties van de KDP, die verband houden met de beschuldiging betrokken te zijn geweest bij bloedbaden tegen duizenden PKK-strijders en honderden patriotten, en de verzwakking van de Koerdische eenheid mogen niet gebagatelliseerd worden. De huidige oriëntatie van de Barzanîs wordt niet ten onrechte gezien als lijnrecht tegenover de Koerdische vrijheidsstrijd. Neigingen tot samenwerking met externe machten zijn diep geworteld in de familiegeschiedenis van de Barzanîs. Politieke en militaire samenwerking met de Turkse bezetter, zoals duidelijk uitgedrukt in een steunverklaring van Mesûd Barzanî aan president Erdoğan, moet gezien worden als een bedreiging voor de inspanningen van Koerdistan om onafhankelijkheid te bereiken.
In de afgelopen jaren is de KDP actief betrokken geweest bij het ondermijnen van Koerdische belangen en kan daarom nauwelijks worden beschouwd als een politieke partij, maar eerder als een centrale instelling van verraad. Het heeft de Turkse staat geholpen om zijn aanwezigheid in Koerdistan te handhaven en militaire nederlagen te vermijden. Deze beschuldigingen hebben niet alleen betrekking op het verleden, maar ook op de huidige gebeurtenissen in Şengal, Rojava, Zap, Avaşîn, Metîna en Xelîfan.
De beschuldigingen hebben ook betrekking op het feit dat het Ankara actief steunt bij aanvallen op Koerdische guerrillagroepen, bijvoorbeeld door het delen van infrastructuur en inlichtingen. Een bijzonder schokkend voorbeeld is het bloedbad in Xelîfan in augustus 2021 in het zuiden van Koerdistan. Destijds liep een guerrilla-eenheid in een hinderlaag van PDK-troepen. Vijf strijders werden gedood of buitengerechtelijk geëxecuteerd. Eén HPG-lid raakte blijkbaar gewond en werd gevangen genomen, een andere strijder overleefde. De KDP, die de stoffelijke resten van de vermoorde guerrillastrijders maandenlang niet teruggaf ondanks alle publieke oproepen en protesten van hun families, verschilt in dit opzicht niet van het Turkse JITEM, dat duizenden mensen afslachtte en hun lichamen liet verdwijnen.
Er zijn echter ook stemmen binnen de Koerdische gemeenschap die de rol van de KDP proberen te relativeren en haar acties interpreteren als louter politieke verschillen.
De “witte Koerden” als samenwerkende middenklasse
Een ander gevolg van het beleid van de KDP is de opkomst van een nieuwe sociale klasse die we “witte Koerden” kunnen noemen. Deze groep, die gerekruteerd wordt uit de middenklasse, moet gezien worden als kunstmatig gecreëerd, wat de nationale identiteit verdeelt en verwatert. “Witte Koerden” geven zich vaak over aan de belangen van externe machten en proberen de verworvenheden van de Koerdische vrijheidsbeweging te ondermijnen.
De economische en politieke modellen van deze groepen, die vaak nauw verbonden zijn met de KDP, worden beschouwd als opportunistisch en gewetenloos. Ze handelen in het belang van een kleinburgerlijke middenklasse, die haar eigen belangen boven die van het Koerdische volk plaatst en heimelijk werkt aan het mislukken van de Koerdische vrijheidsstrijd. Hun enige doel is om aan de poorten van de bezetters een paar kruimels te grijpen die hun individuele, familiale of groepsbelangen goed uitkomen, hoewel ze zich soms voordoen als democraten en patriotten. De bewering dat ze alle Koerden vertegenwoordigen, heeft geen basis in deze realiteit.
Het probleem van Barzanî en het Koerdische karakter van de KDP
Het “begrip” van Koerdisch zijn zoals vertegenwoordigd door de Barzanîs of de KDP is problematisch omdat het zich niet richt op de belangen van de Koerdische bevolking. Het is vooral gericht op de eigen familie of stam. De “machtsoverdracht” in Zuid-Koerdistan volgt een dynastiek patroon, vergelijkbaar met een monarchie. Gebeurtenissen zoals de capitulaties en vluchtelingenbewegingen in 1947, 1975, 1988, 1991, 2014 (Şengal) en 2017 (Kerkûk) kunnen worden aangehaald als bewijs van de bereidheid om het lot van Zuid-Koerdistan en zijn inwoners naar believen uit te stellen.
Hoewel de Barzanîs vaak in het openbaar de eenheid en vrijheid van de Koerdische natie benadrukken, blijft hun inzet voor deze doelen grotendeels retorisch in de ogen van veel critici. Noch de regering, noch leden van de KDP hebben zich ooit duidelijk uitgesproken tegen de onderdrukking van Koerden in Turkije of kritiek geuit op de massamoorden daar; alsof het enige doel is om Koerdistan te domineren voor hun eigen familie en het uitsluitend ten dienste te stellen van henzelf.
Het bovengenoemde project van “witte Koerdischheid” is een concept dat gepromoot wordt door wereldmachten zoals de VS, het Verenigd Koninkrijk, de EU en vooral Israël. Ten eerste wil het de opkomst van democratische bewegingen verhinderen. Ten tweede is het ontworpen om de PKK en haar visie van een vrij Koerdistan te verzwakken. Deze beoogde vorm, die verbonden is met de belangen van externe mogendheden, staat in schril contrast met de idealen van de PKK en haar concept van democratisch confederalisme, dat werd ontwikkeld door Abdullah Öcalan. Daarom bundelden de voornoemde grootmachten in 1999 hun krachten om Öcalan gevangen te zetten als onderdeel van een internationale samenzwering. Maar zelfs dit slaagde er niet in om de lijn van het liberale Koerdisme te vernietigen.
“Wit Koerdisch” wordt beschreven als een geassimileerd, meegaand en onderdanig type Koerdisch dat vervreemd is van sociale waarden en uiteindelijk de belangen van buitenstaanders dient. Barzanî en de KDP zijn instrumenten om de Koerdische samenleving van binnenuit te verzwakken.
Het conflict tussen de facties heeft geleid tot aanzienlijke spanningen, die op hun beurt de intra-Koerdische stabiliteit tot op de dag van vandaag op de proef stellen.
De KDP is geen nationale kracht van de Koerden
De KDP kan niet worden beschouwd als een nationale macht, omdat ze niet steunt op haar eigen volk, maar op buitenlandse mogendheden. Talrijke (historische) voorbeelden bewijzen dit; het ernstigste is de openlijke onwil om op te treden tijdens de eerste fase van de genocide op de Yezidi’s door Islamitische Staat in 2014.
In het verleden heeft de KDP zich herhaaldelijk tegen andere Koerdische organisaties gekeerd en geprobeerd ze te verzwakken of volledig uit te schakelen. Deze aanpak heeft geleid tot intra-Koerdische conflicten en dus tot enorme hindernissen op de weg naar onafhankelijkheid.
In het licht van deze ontwikkelingen roepen Koerdische intellectuelen en politieke vertegenwoordigers de Koerdische gemeenschap steeds openlijker op om een duidelijk standpunt in te nemen tegen de strategie en methodologie van de KDP. Er wordt benadrukt dat degenen die zich niet duidelijk uitspreken tegen de acties van de KDP, gezien worden als medeplichtig aan haar beleid. De PKK en andere Koerdische strijdkrachten blijven vechten tegen de bezetting en de daarmee verbonden structuren.
De Koerdische bevolking wordt daarom opgeroepen om hun steun te betuigen aan de vrijheidsbeweging en hun afwijzing van de KDP. Verzet tegen hen en hun bondgenoten wordt beschouwd als een essentieel onderdeel van de strijd voor de vrijheid van het Koerdische volk.
Auteur: Dijwar Sason
De tekst van Dijwar Sason is afkomstig uit de 235e uitgave van het Duistalige tijdschrift “Kurdistan Report”. Het tweemaandelijkse tijdschrift is verkrijgbaar als abonnement. Informatie is te vinden op https://www.kurdistan-report.de/ en op kr@nadir.org. Een abonnement kost 15 euro plus verzendkosten en omvat zes nummers.