- Turkije
De fractie van de Democratische Volkspartij (HDP) heeft tegenover het parlementaire presidium in Ankara een verklaring afgelegd over de politie-aanval op Habip Eksik.
Het HDP-parlementslid, tevens arts, liep zondag een drievoudige beenbreuk en verwondingen aan het gezicht op als gevolg van gericht gebruik van wapenstokken bij een gerichte anval tijdens een demonstratie in het district Yüksekova in Hakkari en ligt in het ziekenhuis. De demonstratie was tegen het internationale complot tegen Abdullah Öcalan, waardoor de PKK-leider op 9 oktober 1998 gedwogen werd Syrië te verlaten, wat leidde tot zijn deportatie naar Turkije. Zondag vonden in veel steden in Turkije protesten plaats, met zeker 150 aanhoudingen.
De HDP-parlementsleden, waaronder de vice-covoorzitters van de parlementaire fractie Meral Danış Beştaş en Saruhan Oluç, protesteerden vandaag in Ankara tegen de gerichte aanval op parlementariër Habip Eksik en riepen de voorzitter van het parlement op actie te ondernemen. Aanwezige journalisten werden door de politie verhinderd de verklaring op te volgen. De parlementsleden lieten foto’s achter van de brute politie-aanval voor het presidium van het parlement, maar ze werden onmiddellijk verzameld door veiligheidstroepen.
Saruhan Oluç verklaarde dat de aanval een geplande aanval tegen een parlementslid betrof en dat deze tot op heden niet is veroordeeld. “Dit betekent dat de voorzitter van het parlement deze aanval stilzwijgend goedkeurt. Als de voorzitter van het parlement onpartijdig is, als hij dezelfde afstand tot alle partijen heeft, dan moet hij, wanneer een parlementslid wordt aangevallen, ongeacht tot welke partij hij behoort, zijn stem verheffen en de rechten van het parlementslid verdedigen. Maar gezien het feit dat de voorzitter van het parlement tot vandaag heeft gezwegen en ons ondanks ons verzoek geen benoeming heeft gegeven, zijn er sterke aanwijzingen dat hij achter deze aanval zit. We verwachten een toelichting van hem. Als hij niet achter deze aanval zit, als hij de aanval op de gedeputeerde zowel qua immuniteit als menselijkheid veroordeelt, dan willen we dat horen. Hoe kan de voorzitter van het parlement, die zich over elke kwestie uitspreekt, zwijgen als een parlementslid met een gebroken been in het ziekenhuis ligt?”, zei hij.
Het probleem is zeer ernstig, vervolgde Oluç: “Wanneer zal de voorzitter van het parlement een verklaring afleggen, zal hij wachten tot een kamerlid sterft? Zult u wachten tot een plaatsvervanger wordt afgeslacht? Waarom reageert u niet op deze misdaden begaan door de veiligheidstroepen en het ministerie van Binnenlandse Zaken? Bent u ook bang voor het ministerie van Binnenlandse Zaken?”
Het verhaal van de gouverneur van Hakkari dat Eksik zichzelf op de grond wierp om indruk te maken, is belachelijk, zei Oluç, en voegde eraan toe: “Op beelden van het incident is te zien dat meer dan tien mensen zich op het parlementslid stortten en hem sloegen en schopten. Het bevel is gegeven door minister van Binnenlandse Zaken Süleyman Soylu, een man met connecties en contacten met de maffia, van wie foto’s zijn met drugsbaronnen, criminelen, corrupte mensen en maffiosi die naar het buitenland zijn gesmokkeld.”
