- Baskenland
Op 19 november voerde Turkije een nieuwe aanval uit op het Koerdische volk in Rojava en Zuid-Koerdistan, waarbij het opnieuw de oorlog tegen het terrorisme als excuus gebruikte.
De Baskische beweging Askapena betuigde in een verklaring haar solidariteit met het Koerdische volk. “Gezien deze aanvallen van NAVO-leden constant zijn”, aldus de verklaring, “is het duidelijk dat het een stap voorwaarts heeft gemaakt in haar doel om de controle over het gebied over te nemen, vooral rekening houdend met de omvang van de aanval en de wapens die worden gebruikt.”
Askapena benadrukte dat “Turkije dit gebied al jaren onder druk zet en aanvalt, en zoals de Koerdische bevrijdingsbeweging aan de kaak stelt, worden sinds 2021 chemische wapens gebruikt. Deze laatste aanval moet onvermijdelijk worden opgevat als een nieuwe op dit strafblad.
Sinds het allereerste begin heeft Askapena benadrukt dat het belangrijkste doel van Turkije is om de controle over het Midden-Oosten over te nemen en de macht in het gebied te worden, vooral wanneer zijn zwakte toeneemt te midden van een diepe interne economische en politieke crisis.”
De verklaring voegde eraan toe dat “Turkije de autonomie en het vermogen heeft om banden te versterken en nauwere betrekkingen met de VS te ontwikkelen, waarbij elke vorm van botsing ermee wordt vermeden. Daarnaast is het belangrijk op te merken dat een groot deel van de Europese hoofdstad (een daarvan is de hoofdstad in Euskal Herria – Baskenland) gebruikt Turkije om de commerciële uitwisseling met Rusland bij te houden, ondanks de sancties die eraan zijn opgelegd.”
De Baskische internationalistische beweging heeft de afgelopen dagen veel protesten georganiseerd in solidariteit met het Koerdische volk en ter ondersteuning van het bevrijdingsproces. In alle gevallen, zeiden de activisten, “werden de rol en het fascistische wezen van Turkije, evenals de betrokkenheid en steun van de NAVO, aan de kaak gesteld.”