De artillerie-aanvallen van de Turkse jihadistische bezettingstroepen tegen Ain Issa in Noord-Syrië gingen de hele zaterdag door.
Zaterdagavond richtten de Turkse troepen zich opnieuw op woonwijken in het noorden van het stadje. Tegen deze achtergrond heeft het Humanitair Bureau van het Autonome Bestuur van Noord- en Oost-Syrië een oproep gedaan aan de VN en de internationale gemeenschap.
De oproep onderstreepte dat Turkije oorlogsmisdaden pleegt wanneer het zich richt op de burgerbevolking. De aanslagen veroorzaakten een humanitaire crisis en mensen worden gedwongen te vluchten.
Het Humanitair Bureau wees er ook op dat de Turkse staat de watervoorziening in het Hesekê-gebied weer heeft afgesloten. “Aanvallen op burgers en de verstoring van de watervoorziening zijn oorlogsmisdaden. We roepen internationale humanitaire organisaties op om hun verantwoordelijkheden te nemen en voor de bevoorrading van de burgerbevolking en ontheemden te zorgen.”
De watervoorziening naar Hesekê wordt gegarandeerd door het Êlok (Alouk) pompstation in het door Turkije bezette gebied rond Serêkaniyê (Ras al-Ain). De watertoevoer is sinds ongeveer een maand onderbroken.
Ongeveer 1,2 miljoen mensen worden getroffen door het gebrek aan water en 100.000 van hen leven in de vluchtelingenkampen Al-Hol, Erîşa en Wasokanî. Op het moment dat de pandemie van het coronavirus zich uitbreidt, is schoon water een van de belangrijkste goederen. Het Autonome Bestuur probeert het watertekort te compenseren met tankwagens.