De willekeurige schendingen en repressies in de gevangenissen van Turkije worden steeds absurder. Dit wordt aangetoond door een recent voorbeeld uit de zwaarbeveiligde gevangenis in de Noord-Koerdische provincie Wan (Van). Daar mogen gevangenen geen afbeeldingen van Fidel Castro en Ernesto “Che” Guevara bezitten. De reden: de twee leiders van de Cubaanse revolutie waren naar de mening van het gevangenisbestuur leden van de in Turkije verboden Revolutionaire Volksbevrijdingsleger (DHKP-C). Dit schreef Akil Nergüz, een politieke gevangene uit Wan in een brief aan journalist Hacı Bikşin.
Concreet gaat het om ongeveer 34 foto’s die zijn verzonden aan Taner Korkmaz, een medegevangene van Nergüz. Naast foto’s van “Che” Guevara en Fidel Castro zijn ook foto’s gevonden van slachtoffers van de Turkse “Operatie Terug naar Leven”. In de nacht van 18 op 19 december 2000 hebben 8.500 zwaarbewapende soldaten en gendarmes, waaronder speciaal opgeleide bataljons en elite-inlichtingeneenheden, 20 Turkse gevangenissen bestormd onder de naam “Operatie Terug naar Leven”. In die tijd waren ongeveer 1150 gevangenen in 48 gevangenissen in hongerstaking, 300 waren bereid zich dood te vasten om de introductie van geïsoleerde(zogenoemde F-type) gevangenissen te voorkomen. Ten minste 30 gevangenen werden gedood en honderden raakten gewond bij de massale militaire aanval met precisie geweren, nachtzichtapparaten, vlammenwerpers, tanks, helikopters, zenuw-, rook- en gasbommen, bulldozers, graafmachines, sleehamers, las- en boormachines. 34 mensen zijn nog steeds officieel “verdwenen”.
In zijn brief vermeldt Akil Nergüz ook dat niet-verboden kranten zoals Yeni Yaşam, Cumhuriyet en Evrensel niet willekeurig worden overgedragen aan de gevangenen in Wan in Turkije. Ook zijn sommige boeken vanwege absurde redenen verboden, hoewel er geen verbodsbeschikkingen zijn tegen de getroffen titels. Daarnaast geeft de gevangene in zijn brief aan dat hij en zijn medegevangenen Yusuf Kenan Dinçer, Murat Kaymaz, Taner Korkmaz, Talat Şanlı en Macit Şahinkaya gedurende ongeveer drie jaar in afzonderlijke cellen zijn gehuisvest. Keer op keer zouden ze onderworpen zijn aan disciplinaire sancties zoals contactverbod en de bunkercellen.
“Het speciale isolatiebeleid gaat niet alleen over isoleer- of bunkercellen, we mogen alleen naar buiten als alle andere gevangenen al zijn geweest”. Nergüz beschrijft slechts een van de onmenselijke omstandigheden in de maximaal beveiligde gevangenis in Wan.