- Noord-Koerdistan
De economische crisis in Turkije wordt steeds dramatischer, vooral in Noord-Koerdistan. Terwijl de overheidsbegroting volledig op de oorlog is gericht, lijdt de bevolking honger. In de provinciehoofdstad Van en de omliggende districtssteden kan men al dagen geen brood vinden. De stijging van de prijs van meel, elektriciteit, gas en andere noodzakelijke hulpbronnen maakt de productie voor de bakkerijen onmogelijk. De broodprijzen zijn het afgelopen jaar al vier keer verhoogd tot 2,50 TL, voorheen kostte een brood ongeveer 50 kuruş. Om de kosten van de bakkerijen te dekken zou de broodprijs bijna verdubbeld moeten worden tot vier à vijf TL.
Bakker: “We zijn aan het einde”
Baker Cevdet Demir zegt: “We verkopen met verlies, zodat mensen geen honger lijden. Maar we hebben niet langer de kracht om dit te verdragen. We hebben geen geld om meel te kopen. Maandenlang hebben we onze huur en loon voor de werknemers niet kunnen betalen. De mensen die hier werken, moeten voor hun gezin zorgen. Hoe lang kunnen we deze mensen in dienst houden zonder ze te betalen? Er moet dus een nieuwe prijsverhoging voor brood komen. Als er geen redelijke prijsverhoging komt, zullen de meeste bakkerijen in Van moeten sluiten.”
Galopperende inflatie
Begin juni maakte de Inflation Research Group (ENAG) bekend dat de inflatie op jaarbasis in Turkije met 160 procent is gestegen. Volgens de consumentenprijsindex stegen de prijzen alleen al in mei met 5,46 procent. Dit is een algemene prijsstijging van 160,76 procent ten opzichte van dezelfde maand vorig jaar. Deze cijfers geven slechts ten dele de omvang weer. Het door het regime gecontroleerde statistiekbureau van Turkije veroorzaakte begin juni massale protesten toen het het valse rapport verspreidde dat de inflatie slechts 73 procent bedroeg.
Crisis in de landbouw
De crisis breidt zich uit naar de landbouw. De landbouw in Turkije en Noord-Koerdistan is grotendeels vernietigd. Hier zijn verschillende redenen voor. Onder andere de oorlog, die het voor mensen onmogelijk maakt om vee naar weilanden te brengen of afgelegen velden te bewerken in militair beperkte gebieden. Vrijwel alle landelijke regio’s in Noord-Koerdistan zijn verboden militaire gebieden. Daarom zijn veehouders afhankelijk van het kopen van voer. Het voer is echter onderhevig aan inflatie en extreem duur, vooral omdat het meeste nu uit het buitenland komen. De meeste boeren kunnen niet meer overleven. Volgens informatie van de Sociale Zekerheid (SGK) eind 2021 is het aantal boeren de afgelopen vijf jaar met 26 procent gedaald en in de afgelopen tien jaar met maar liefst 53 procent.
De cijfers laten ook een concentratie van grond in handen van grootgrondbezitters zien en een afname van landbouwgrond. Volgens officiële informatie is het areaal dat wordt gebruikt voor landbouw de afgelopen tien jaar veel minder afgenomen, met zo’n vijf procent. Het is niet vast te stellen of de beperkte militaire gebieden hier zijn opgenomen.