Embargo op Maxmur blijft van kracht: 10 arbeiders nog steeds in hechtenis

  • Zuid-Koerdistan

Het Martelaar Rustem Cudi-vluchtelingenkamp in Maxmur, onder toezicht van de VN, staat nog steeds onder embargo en druk van Irak en de KDP. Tien werknemers die in augustus zijn gearresteerd, zijn nog steeds niet vrijgelaten.

Volgens de kampbeheerders zijn de tien werknemers op 24 augustus naar Bagdad gegaan om te werken. Ze worden al meer dan vijftien dagen vastgehouden. Hoewel ze met legale vergunningen naar Bagdad zijn gereisd, zijn ze nog steeds niet vrijgelaten.

Embargo van kracht sinds 2019

De beperkingen voor het kamp zijn in 2019 ingegaan nadat een MIT-officier was vermoord in het Turkse consulaat in Hewlêr (Erbil), op initiatief van de KDP. Sindsdien wordt mensen verhinderd om naar Zuid-Koerdistan over te steken en is de toegang tot gezondheidszorg moeilijker geworden. Turkse gevechtsvliegtuigen hebben het kamp gebombardeerd en Iraakse troepen hebben pogingen ondernomen om het kamp te belegeren, waardoor de druk is toegenomen.

Sinds 10 april mogen er geen goederen meer het kamp binnenkomen

Sinds 10 april heeft de Iraakse regering de toegang van goederen tot het kamp volledig stopgezet. Patiënten moeten een vergunning aanvragen voor medische behandeling en werknemers hebben toestemming van de inlichtingendienst nodig om te mogen werken. De goederen van handelaren worden aan gedetailleerde controles onderworpen bij controleposten.

Protest van bewoners van het kamp

Bewoners van het kamp zeggen dat het embargo en de druk deel uitmaken van een gezamenlijke poging van Turkije, de KDP en Irak om de bevolking met geweld te verdrijven. Ondanks verstoringen van de gemeentelijke dienstverlening zeggen de bewoners dat ze alle ontberingen zullen doorstaan en het kamp niet zullen verlaten.

Bron: ANF