Na de “Oproep voor Vrede en een Democratische Samenleving” van Abdullah Öcalan op 27 februari, kwam het 12e Congres van de Koerdische Arbeiderspartij (PKK) bijeen en nam een reeks historische beslissingen, waaronder de ontbinding van de partij. Sindsdien is de internationale steun voor de historische oproep van Öcalan en de beslissingen van het 12e PKK-congres blijven groeien.
De resoluties van het congres worden alom geïnterpreteerd als belangrijke stappen in de richting van een vreedzame en democratische oplossing voor de Koerdische kwestie. Tegelijkertijd worden er oproepen gedaan aan de Turkse staat om concrete en inclusieve stappen te zetten in de richting van een oplossing. We spraken met professor Yann Moulier-Boutang, oprichter van het tijdschrift Multitudes, lid van het Wetenschappelijk Comité van Verenigd Europees Links (UEF) in Frankrijk en gepensioneerd hoogleraar economie, over de betekenis van de recente ontwikkelingen.
Prof. Moulier-Boutang maakte onlangs zijn steun bekend in een boodschap aan de Partij voor Gelijkheid en Democratie van het Volk (DEM-partij), waarin hij zijn solidariteit betuigde met de historische oproep van Abdullah Öcalan en de besluiten van het 12e Congres van de PKK.
DEM-partij neemt belangrijke plaats in in Turkse politiek
Professor Moulier-Boutang verklaarde dat het door de initiatieven van Abdullah Öcalan was dat er een vredesproces in Turkije op gang kwam, en hij benadrukte de belangrijke rol die de DEM-partij in dat proces speelde.
Hij zei: “De DEM-partij is een belangrijke politieke partij in de Turkse politiek. In kwesties als vrouwenrechten en rechten van minderheden sluit zij, althans vanuit ons perspectief als Europeanen, aan bij wat wij beschouwen als een echt links standpunt. Ondanks alle repressie en ongegronde beschuldigingen speelt ze een belangrijke politieke rol in de pogingen om de democratische ruimte in Turkije uit te breiden. Het is een serieuze oppositiepartij die het potentieel heeft om Erdogans partij te verslaan. Met de ontbinding van de PKK is de tijd gekomen om een einde te maken aan alle beschuldigingen aan het adres van de DEM-partij.”
Prof. Moulier-Boutang benadrukte dat het vredesproces met de Koerden van groot belang is voor de Turkse aspiraties om lid te worden van de Europese Unie (EU) en voegde eraan toe: “Turkije is officieel nog steeds kandidaat voor het EU-lidmaatschap. Maar naarmate het regime autoritairder wordt, wordt het vooruitzicht op daadwerkelijke toetreding steeds verder weg. Dat is het eerste punt. Het tweede punt is het volgende: naar mijn mening verslechtert het parlementaire, democratische en representatieve proces in Turkije naarmate het land verder van de EU-kandidatuur verwijderd raakt. Ik denk dat de enige oplossing voor het probleem in Turkije is dat het land een reëel, zelfs tijdelijk, vooruitzicht heeft op toetreding tot de Europese Unie. Sinds 2016 heeft het Turkse regime echter steeds meer stappen gezet in de richting van een vorm van niet-liberale democratie. Daarmee bedoel ik een land waar technisch gezien verkiezingen bestaan, maar in de praktijk niet; waar oppositiepartijen bestaan, maar onderdrukt worden.
Er is echte oppositiekracht in het land, maar tegelijkertijd lijdt de oppositie onder de versplintering ter linkerzijde. Door deze verdeeldheid leek het niet waarschijnlijk dat het regime van Erdoğan met democratische middelen ten val kon worden gebracht. In die zin vind ik de vredescampagne van de DEM-partij belangrijk en verstandig. Ze handelt verstandig en doet wat gedaan moet worden.”
EU-lidmaatschap van Turkije zou veel problemen helpen oplossen
Professor Yann Moulier-Boutang verklaarde dat de toetreding van Turkije tot de Europese Unie van groot belang is: “Ik denk dat het voor Europa van vitaal belang is om een band met Turkije op te bouwen en te onderhouden. Misschien is mijn perspectief wat ongebruikelijk, maar als je naar de kaart kijkt, zie je nog steeds verschillende landen die geen deel uitmaken van de Europese Unie. Afgezien van Zwitserland, dat indirect is opgenomen, en het Verenigd Koninkrijk, dat tijdelijk is vertrokken, als je kijkt naar Albanië, Kosovo, Noord-Macedonië en de bredere voormalige Joegoslavische en Aziatische geografie, zie je dat deze regio, zoals Bosnië en Herzegovina illustreert, sinds de Middeleeuwen een historische moslimaanwezigheid in Europa herbergt. Deze aanwezigheid heeft in de loop der tijd religieuze en soms etnische minderheden gecreëerd die op sommige plaatsen zijn uitgegroeid tot meerderheden.
Dit is precies waar het project van de Europese Unie tekort begint te schieten. Terwijl Europa worstelt met minderheidsgroepen die voortkomen uit migratie uit de Maghreb, herbergt Centraal-Europa ook minderheden van Mashriq of Turkse afkomst en is het er niet in geslaagd om deze problemen op te lossen. In de kern worden moslims nog steeds gezien als een te kleine minderheid die uiteindelijk moet assimileren of verdwijnen. De ultieme vorm van integratie is in veel gevallen bekering. Wat Frankrijk vandaag doet, is eigenlijk vergelijkbaar met wat Europese katholieken eeuwenlang met protestanten deden: minderheden creëren waarvan verwacht wordt dat ze verdwijnen.
In een sterk gecentraliseerd land als Frankrijk praat men over integratie, maar wat de overheid en een groot deel van de samenleving zich in werkelijkheid voorstellen is een meer ‘redelijke’ vorm van assimilatie. Toch verzetten minderheden zich om verschillende redenen tegen dergelijke assimilatieregimes. In Europa, vooral in Oost-Europa en de voormalige Joegoslavische gebieden, zijn deze spanningen en conflicten na eeuwen gedeeltelijk opgelost, maar de problemen blijven bestaan. Turkije heeft Koerdistan en het Koerdische volk. Europa heeft religieuze minderheden die geworteld zijn in de islam, en de status van beide blijft uiterst onduidelijk. Naar mijn mening is de integratie van Turkije in de Europese Unie, die ik altijd heb gesteund, een manier om evenwichtige gemeenschappen over het hele continent te creëren: Protestants Noord-Europa, katholiek Zuid-Europa, delen van Centraal-Europa met moslimbevolking en andere regio’s met Slavische volkeren.
Dergelijke machtsevenwichten moedigen democratische oplossingen aan. Voor zover ik weet, heeft Turkije in 1966 het EU-lidmaatschap aangevraagd. Na die aanvraag was er een echte impuls voor een breed democratisch hervormingsproject in Turkije. Maar in de afgelopen vijftien jaar zijn we precies de tegenovergestelde kant opgegaan, in de richting van een autoritair en gevaarlijk onliberaal regime. Daarom is de Koerdistan-kwestie, en wat deze vertegenwoordigt voor het hele Midden-Oosten, zo belangrijk voor ons als Europeanen. Ik ben volledig tegen de nationalisten in mijn eigen land. Ik geloof niet meer dat natiestaten het antwoord zijn. Daarom identificeer ik me niet als confederalist, maar als Europees federalist. En daarom vond de oproep van de heer Öcalan weerklank bij mij, omdat ik op dezelfde lijn sta, samen met mijn collega’s, vanuit een Europees perspectief.”
De ontbinding van de PKK is een tijdig en strategisch besluit
Professor Yann Moulier-Boutang benadrukte het belang van de besluiten van het 12e Congres van de PKK voor het vredesproces en verklaarde: “Beide partijen moeten in het reine komen met het feit dat gewapende strijd en oorlog niet kunnen leiden tot een oplossing op lange termijn. Daarom kan het opgeven van de gewapende strijd, het ontbinden van de partij en het profiteren van de buitengewone ontwikkelingen die zich momenteel in het Midden-Oosten voltrekken, voor het eerst een beslissing zijn die op het juiste moment wordt genomen. Daarom lijkt deze weg naar een oplossing voor degenen die geen deel uitmaken van de PKK, of ze nu Koerdisch, Turks of anders zijn, een heel redelijke aanpak.
Ik ken de Koerdische kwestie niet in al haar details en daarom kan ik niets definitiefs zeggen over de huidige identiteit van de PKK. Maar ik zie wel dat een partij als de DEM-partij, die naar links neigt, een institutionele kracht is en momenteel de derde grootste partij in het Turkse parlement is, heeft begrepen dat dit het juiste moment is om de politieke kaarten te herschikken.
Als Europeaan vind ik dat we dit proces moeten steunen. En we mogen niet vergeten dat deze ontwikkelingen veel implicaties hebben: jarenlang fungeerde Turkije als een symbolisch en praktisch evenwichtspunt tussen de Arabische wereld en Israël. We staan echt op een historisch keerpunt. Mijn standpunt is om dit initiatief te steunen.”
Öcalans vrijlating zou een sterk signaal zijn aan Europa
Professor Yann Moulier-Boutang verklaarde dat een democratische oplossing van de Koerdische kwestie de betrekkingen tussen Turkije en de Europese Unie zou versterken. Moulier-Boutang zei: “Een vreedzame oplossing van de Koerdische kwestie zou ook een sterk signaal zijn in de context van de relatie van Turkije met de Europese Unie. Een democratische oplossing voor de Koerdische kwestie zou voor Turkije een solide basis vormen om opnieuw de deur van de Europese Unie te openen, onder passende voorwaarden. Een dergelijke ontwikkeling zou ook verwelkomd worden door een aanzienlijk deel van de Europese publieke opinie.
Natuurlijk zou elke democratische stap, zoals het houden van eerlijke verkiezingen, het waarborgen van de transparantie ervan en het garanderen van de vrijheid van meningsuiting, als een positief teken worden gezien. De vrijlating van Abdullah Öcalan na tientallen jaren gevangenschap zou bijvoorbeeld worden gezien als een betekenisvol gebaar voor een Turkije dat zich naar Europa keert. Ik denk dat dit zou kunnen leiden tot de opkomst van sterke aanhangers die opnieuw pleiten voor het lidmaatschap van Turkije van de Europese Unie, iets waar vandaag de dag helaas maar heel weinig mensen achter staan. En dat vind ik zeer betreurenswaardig.”
De EU heeft het recht om bij het proces betrokken te zijn
Moulier-Boutang sloot zijn opmerkingen af door te wijzen op de institutionele verantwoordelijkheid van de Europese Unie om deel te nemen aan het vredesproces. Hij zei: “Gezien de huidige standpunten van de Verenigde Staten en Rusland heb ik geen hoge verwachtingen van de Verenigde Naties. Vanuit institutioneel oogpunt heeft de Europese Unie echter de autoriteit om betrokken te zijn, omdat ze direct bij de kwestie betrokken is. Turkije heeft zijn lidmaatschapsaanvraag niet ingetrokken. Het is officieel nog steeds kandidaat.
Daarom heeft de Europese Unie de plicht om zich op institutioneel niveau met deze kwestie bezig te houden. Het is ook duidelijk dat er talrijke zones van instabiliteit zijn, niet alleen rond Turkije maar ook binnen Europa zelf. Een deel van deze instabiliteit houdt rechtstreeks verband met wat we de ‘moslimflank’ van Europa zouden kunnen noemen en met de rol van Turkije als brug tussen het Midden-Oosten en Europa. Deze brugfunctie houdt ook verband met de Zwarte Zeeregio en met cruciale kwesties zoals Oekraïne. Al deze factoren plaatsen Turkije in een uiterst strategische positie.”
Wie is Yann Moulier-Boutang?
Yann Moulier-Boutang is een Franse econoom, schrijver en academicus, geboren in 1949. Hij is de oprichter en hoofdredacteur van het tijdschrift Multitudes en wordt beschouwd als een vooraanstaand theoreticus over de transformatie van het kapitalisme. Hij is vooral bekend vanwege de ontwikkeling van het concept “cognitief kapitalisme” (capitalisme cognitif). Moulier-Boutang is al lange tijd actief in de groene politiek en linkse intellectuele bewegingen en heeft lesgegeven aan verschillende universiteiten in Frankrijk en daarbuiten.