Abdullah Öcalan deed de ‘Oproep voor Vrede en Democratie’ op 27 februari. Als reactie hierop kondigde de Koerdische Arbeiderspartij (PKK) op 1 maart een wapenstilstand af. Ondanks dit besluit zijn de aanvallen van de Turkse staat geïntensiveerd. Volgens het oorlogsbalansrapport van maart dat werd vrijgegeven door de persdienst van de Volksverdedigingstroepen (HPG), werden er in totaal 11.585 aanvallen uitgevoerd op de guerrillatroepen.
De verklaring van de leider van de Nationalistische Bewegingspartij (MHP), Devlet Bahçeli, in het parlement, waarin hij zei: “Als er een oproep is, moet Öcalan het recht op hoop krijgen”, had geen praktische gevolgen.
De omstandigheden van Öcalan en de andere gevangenen in de Imralı gevangenis zijn onveranderd. Öcalan heeft geen toegang gekregen tot zijn advocaten. Hoewel internationale mogendheden na de oproep een reeks verklaringen hebben afgelegd, heeft geen van hen enig concreet initiatief genomen om de situatie aan te pakken.
PKK moet worden verwijderd van de lijst van terroristische organisaties
Jean-Christophe Sellin van de Franse Linkse Partij antwoordde op vragen van ANF Nieuwsagentschap over de kwestie. Hij verklaarde dat de Turkse staat na de oproep van Öcalan actie moet ondernemen. Sellin benadrukte ook dat internationale machten moeten stoppen met het criminaliseren van de PKK en de PKK moeten schrappen van de lijst van terroristische organisaties.
Sellin herinnerde eraan dat de terroristenlijst werd opgesteld na de aanslagen van 11 september 2001 in de Verenigde Staten (VS) door Al-Qaeda en andere jihadistische groeperingen. Hij verklaarde dat de PKK aan deze lijst was toegevoegd onder druk van Turkije en president Recep Tayyip Erdoğan.
Öcalan moet vrij zijn en deelnemen aan de politieke oplossing
Jean-Christophe Sellin herinnerde eraan dat de nederlaag van Islamitische Staat (ISIS) mogelijk werd gemaakt door de inspanningen van de PKK, de Volksverdedigingseenheden (YPG) en de Vrouwenverdedigingseenheden (YPJ). Hij zei: “Voor ons gaat het niet alleen om het verwijderen van de PKK van de lijst van terroristische organisaties. Het gaat ook om de vrijlating van Abdullah Öcalan uit de gevangenis en zijn deelname aan een politiek oplossingsproces, net zoals Nelson Mandela dertig jaar geleden deed.”
Sellin verklaarde ook dat “regimes in het Midden-Oosten, te beginnen met het regime van Erdoğan, gebaseerd zijn op dictatuur” en benadrukte dat het tegengif voor zulke regimes democratie is.
Jean-Christophe Sellin wees erop dat er vier belangrijke dynamieken zijn in het Midden-Oosten. Hij somde ze als volgt op: “De eerste is de Koerdische Nationale Bevrijdingsbeweging rond de PKK. De tweede is de democratische autonome ervaring in Rojava. Deze krachten hebben een zeer pragmatische overeenkomst getekend met de Syrische interim-regering. Het derde is het democratische alternatief georganiseerd rond de Partij voor Gelijkheid en Democratie van het Volk (DEM-partij) in Turkije. Deze structuur, in het kader van een volksrevolutie die door miljoenen in heel Turkije wordt gevolgd, kan bijdragen aan het politieke resolutieproces. De vierde dynamiek is de vrouwenbeweging in Iran, die de Koerdische slogan ‘Jin Jiyan Azadî’ heeft overgenomen.”
Sellin ging verder in op de weg naar een oplossing en zei: “Als deze vier of vijf sferen samen worden aangepakt, het recht van volkeren op zelfbeschikking, democratische, feministische en ecologische ervaringen, en het democratisch alternatief, samen met de vrijheid van de heer Öcalan, dan zou dit ‘democratisch confederalisme’ betekenen, dat een oplossing biedt voor al onze problemen.”