Het Koerdische Jeugd Diplomatie Comité (Komîteya Diplomasi ya Ciwanên Kurdistan) begon op 10 mei aan een delegatiereis van een maand naar Zuid-Afrika. Leden van de delegatie reizen naar verschillende steden, bezoeken democratische organisaties en bespreken met hen de geschiedenis van de democratische strijd in Zuid-Afrika Afrika. De jonge activisten introduceren de filosofie van Abdullah Öcalan en de Rojava-revolutie aan hun Zuid-Afrikaanse collega’s. In de eerste dagen van de bezoeken werden organisaties in Kaapstad bezocht en nam de delegatie deel aan evenementen om de Koerdische Vrijheidsbeweging te promoten.
De jongerendelegatie reisde donderdag af naar Durban, aan de oostkust van Zuid-Afrika, om kennis te maken met de grootste sociale organisatie van het land, Abahlali BaseMjondolo.
Abahlali BaseMjondolo telt 100.000 leden en organiseert landbezettingen en collectief beheer hiervan in gemeenschappelijke structuren.
Met een gemeenschappelijke manier van leven verdedigt de organisatie zich tegen de repressie van de staat en het gebrek aan basisvoorzieningen in de arme gebieden van Zuid-Afrika, de townships, die voornamelijk worden bewoond door de zwarte bevolking van het land.
Inwoners van townships kunnen op elk moment worden uitgezet en hun onderkomen gesloopt, en in veel gevallen hebben ze geen toegang tot elektriciteit en water.
Vooral de gemeenschappen van Abahlali BaseMjondolo staan in het vizier van de autoriteiten. Veiligheidstroepen bestormen regelmatig de gemeenschappen en vernietigen zelfbeheerde tuinen, kippenboerderijen en andere infrastructuur. In zijn repressie stopt de staat niet bij het menselijk leven. Er zijn al 23 activisten vermoord door veiligheidstroepen en huurmoordenaars. Meest recentelijk werden leidende figuren in de jeugd- en vrouwenbewegingen van Abahlali BaseMjondolo vermoord.
Na ontvangst van de Koerdische delegatie op het kantoor van de organisatie, waarbij beide partijen respect betuigden voor de slachtoffers van hun strijd, namen de Zuid-Afrikaanse kameraden hen mee naar de eKhenana-commune, waar Nokuthula Mabaso, de leider van de vrouwenbeweging, op 5 april op brute wijze werd vermoord voor de ogen van haar kinderen. Nadat ze ‘s avonds een bijeenkomst in het buurthuis had verlaten om voor haar 2 kinderen te zorgen, stond een huurmoordenaar al voor haar huis te wachten om haar met 5 kogels neer te schieten.
De 60 leden van de gemeenschap, vooral de kinderen van Nokuthula, zijn nog steeds in shock. Niettemin benadrukken ze dat ze de strijd van hun gevallen kameraad zullen voortzetten en zich zullen blijven verzetten.
Ze zullen doorgaan met het realiseren van alternatieven voor het staatssysteem, zoals door collectieve zelfvoorziening en de zelfbesturende Franz Fanon School for Political Education.
Alle deelnemers van de dag zijn het erover eens dat de gemeenschappelijke strijd tegen het kapitalistische systeem alleen kan worden overwonnen als de onderdrukte volkeren van de wereld samen staan, schouder aan schouder in de geest van internationale solidariteit tegen de gemeenschappelijke vijand.