Op 23 augustus heeft de Turkse staat met een gevechtsdrone de journalisten Gülistan Tara en Hêro Bahadîn gedood in de autonome regio Koerdistan in Irak. Gülistan Tara werkte 24 jaar lang voor de vrije Koerdische pers in verschillende regio’s en was ook journalist in Rojava. Dilyar Cizîrî, medevoorzitter van de Vrije Persvereniging YRA (Yekîtiya Ragihandina Azad) in Noord- en Oost-Syrië, sprak met ANF Nieuwsagentschap in Qamişlo over de aanvallen van de Turkse staat op Koerdische mediaprofessionals.
Dilyar Cizîrî zei dat de vrije Koerdische media de expansionistische politiek van Turkije in het Midden-Oosten ontcijferen. De revolutie in Rojava en de strijdkrachten in de autonome regio van Noord- en Oost-Syrië werden ook wereldwijd bekend gemaakt door vrije mediaprofessionals. “Het was ook de vrije pers die als eerste de relatie tussen de Turkse staat en Daesh [“Islamitische Staat”] blootlegde. Om deze redenen worden mediawerkers voortdurend aangevallen,” zegt Cizîrî.
27 mediamedewerkers gedood bij aanvallen in Rojava
In Rojava zijn tot nu toe 27 leden van de vrije pers gedood bij aanvallen, meldde de YRA-voorzitter: “Op 23 augustus 2023 werd een auto van Jin TV gebombardeerd door een Turkse drone in Rojava. Precies een jaar later werden mediawerkers in een auto in Silêmanî aangevallen door een drone. Deze aanval was expliciet gericht op vrouwelijke journalisten. De Turkse staat is bang dat zijn vuile zaakjes aan het licht komen. Het ziet de vrije pers als een bedreiging en wil deze liquideren.”
Gülistan Tara werkte ook in Rojava, zei Cizîrî: “Ze was een journaliste die voortdurend op zoek was naar de waarheid. Ze erkende de grenzen van Koerdistan niet en stak ze over. Ze werkte overal waar gevochten werd. Ze bereikte veel in Rojava en zette daarna haar werk voort in Başûr [Zuid-Koerdistan]. Haar dood is het resultaat van de samenwerking tussen de Turkse staat en de PDK. De PDK voert hetzelfde beleid als Turkije. Hun media hebben de aanslag op een zeer smerige manier gerapporteerd en als legitiem voorgesteld. Ze wedijveren met elkaar om de Turkse staat een plezier te doen.”
Overeenkomst om journalisten te beschermen tijdens de oorlog
Dilyar Cizîrî wees erop dat journalisten en medische professionals in oorlogen en conflicten beschermd worden door internationale wetten en overeenkomsten: “De Turkse staat valt ongehinderd mediaprofessionals aan en niemand zegt er iets over. Ankara zou eigenlijk ter verantwoording moeten worden geroepen en er zouden economische, militaire en diplomatieke sancties kunnen worden opgelegd. Helaas worden er geen overtuigende maatregelen genomen. We hebben de aanval op Jin TV een jaar geleden gedocumenteerd en het bewijs doorgegeven aan alle instellingen, maar er is niets gedaan.”
“De strijd zal doorgaan”
Onlangs benadrukte YRA-voorzitter Dilyar Cizîrî dat zijn vereniging voortkwam uit de Koerdische Vrijheidsbeweging en het idee van een “democratische natie” vertegenwoordigt dat door Abdullah Öcalan naar voren werd geschoven. “De medewerkers van de vrije pers hebben zichzelf bevrijd van de heerschappij van de staat. Hoeveel aanvallen er ook zijn, ze zullen niet van de waarheid afwijken. Het Koerdische volk wordt bedreigd door genocide en heeft vrijheid nodig. Op deze basis vindt er een strijd plaats. De strijd tegen de Turkse staat en alle bezetters zal doorgaan.”
Bron: ANF