- Rojava/Noord- en Oost-Syrië
Als onderdeel van het beleid om de demografie van Afrin te veranderen, gaan migranten die zich in de regio hebben gevestigd door met het illegaal verkopen van de in beslag genomen eigendommen van ontheemde Afrin burgers.
Onlangs verkocht een persoon genaamd Ehmed El Heci, die zich vestigde in de wijk Mehmudiyê in Afrin, het huis dat toebehoorde aan İsmet Henan aan een andere migrant genaamd Mihemed Mirî voor 1.500 dollar. Ehmed al-Haji had dit huis in 2018 in beslag genomen toen de Turkse staat en de aan haar gelieerde bendes Afrin bezetten.
De mensenrechtenschendingen in Afrin, die niet beperkt blijven tot de inbeslagname van eigendommen, gaan door met losgeldeisen en ontvoeringen. Een lid van de bende ‘Makhawir al-Sharqiye’ eiste 4 duizend dollar van een burger genaamd Cemal Hemîd in ruil voor de teruggave van zijn huis in de Dêrsim Hospitalstraat.
Op dezelfde manier ontvoerden de bendes van de ‘112de Divisie’ onder bevel van de bezettende Turkse staat een burger genaamd Menna Miho Mamo Nasan die op weg was naar huis in het dorp Dimili in het district Mabeta en eisten losgeld van zijn familie voor zijn vrijlating.
Op dezelfde dag werd de 60-jarige Sibhî Ebdo Şêxo ook ontvoerd in de wijk Mehmudiyê en zijn familie werd bedreigd dat hij zou worden gedood als het losgeld niet werd betaald.
De Turkse bezetter en zijn bendes gaan door met hun bombardementen op verschillende delen van Afrin, naast de inbeslagname van eigendommen en ontvoeringen.
Aan de andere kant werden de dorpen Tinib en Bênê in het district Şêrawa beschoten met houwitsers. Er is nog geen informatie over mogelijke schade en slachtoffers als gevolg van deze aanvallen.
Bron: ANF