- Turkije
Al 28 dagen lang protesteren leden van de HDP-fractie dagelijks in Ankara en eisen de opheffing van het isolement van de Koerdische PKK-leider Abdullah Öcalan. Kamerleden Kemal Peköz, Muazzez Orhan, Abdullah Koç, Ayşe Sürücü en Erdal Aydemir woonden de bijeenkomst van maandag bij.
Abdullah Koç verwes naar het totale isolement op Imrali dat 22 maanden heeft geduurd, en verklaarde: “Dit isolement is een misdaad tegen de menselijkheid. Daarom organiseren wij als HDP-fractie voor de 28e keer een wake voor gerechtigheid. Voor de 28e keer spreken we de minister van Justitie en de AKP-regering toe. De heer Öcalan en zijn medegevangenen hebben al 22 maanden geen contact gehad met hun familie of juridisch adviseur. Deze praktijk is willekeurig en gaat boven de Turkse gevangeniswet.” Er is al bijna twee jaar geen teken van leven van Imrali naar de buitenwereld. Blijkbaar heeft zelfs het Europees Comité ter voorkoming van foltering (CPT) Abdullah Öcalan niet kunnen zien tijdens zijn bezoek aan Turkije in september.
Koç ziet een nauw verband tussen de economische en politieke crisis in Turkije en het isolement van het land. Hij verklaarde: “De volkeren van Turkije bevinden zich in een economische en politieke impasse. We zitten momenteel in een verkiezingsproces. Het grootste obstakel voor democratisering is het isolement op Imrali. Het opheffen van dit isolement zou een frisse wind brengen voor de bevolking van Turkije. Daarom doen wij als HDP-fractie voor de 28e keer een beroep op de minister van Justitie en de regering: voer de bestaande wet uit! We vragen geen speciale behandeling. Onze enige wens is om te praten met de heer Öcalan en de andere gevangenen op Imrali in overeenstemming met de grondwet en de wet.”
“Het isolement doorbreken opent de weg naar democratie”
Koç benadrukte dat het opheffen van het isolement de weg naar democratie zou openen. Op dit moment lijdt de samenleving echter enorm onder het isolement dat zich van Imrali naar alles heeft verspreid. Koç verklaarde: “We weten dat de wind van democratie en vrede die in het Midden-Oosten zal waaien uit Imrali komt. Maak onmiddellijk een einde aan deze onrechtvaardige en onrechtmatige praktijken. We eisen dat de heer Öcalan en andere gevangenen op Imrali, die hun familieleden en hun advocaten al bijna twee jaar niet hebben kunnen ontmoeten, deze kans krijgen in overeenstemming met het grondwettelijke recht op gelijke behandeling en de wet op handhaving.”