- Turkije
In Istanbul is er aanklacht ingediend tegen een 13-jarig kind wegens het beledigen van Recep Tayyip Erdoğan. Volgens de krant Birgün beschuldigt de officier van justitie in het district Gaziosmanpaşa het kind van het aanvallen van “de eer, waardigheid en reputatie van de president van de republiek”. Het proces lijkt voort te komen uit een klacht bij CIMER, een webdienst van het communicatiecentrum van het Turkse presidentschap, waar burgers klachten, berichten en verzoeken aan de president kunnen richten. Een jeugdrechtbank heeft de tenlastelegging tegen het in 2009 geboren kind aanvaard.
Volgens het krantenbericht is de achtergrond van de klacht die vermoedelijk door Erdoğan-aanhangers bij CIMER is ingediend, een opmerking van het kind in een WhatsApp-groepschat. In de conversatie zou het gaan over de wens om de sharia in te voeren. De deelnemers aan de chat zouden hebben geëist dat de sharia de basis zou worden van de staatswetgeving. Hierdoor zou ook de doodstraf weer worden ingevoerd en “zouden degenen die Atatürk vereren, worden geëxecuteerd”. Mensen die tegen de sharia zijn, zouden geen recht hebben op een comfortabel leven en zouden geen plaats hebben in Turkije.
Het aangeklaagde kind sprak zich volgens de andere deelnemers van de groepschat juist uit tegen de sharia. Bij een verhoor door de officier van justitie heeft het kind alle beschuldigingen ontkend en verklaard alleen maar te hebben gereageerd op de conversatie. Het is onduidelijk welke specifieke uitspraak van het kind volgens de officier van justitie overeenkomt met het strafbare feit van belediging van de president.
De officier van justitie liet ook een rapport opstellen om uit te sluiten dat het handelingsvermogen van het kind beperkt was. Volgens het rapport van de Istanboelse forensische geneeskunde had het kind “geen ontwikkelingsstoornissen” en was het in staat “om de juridische betekenis van zijn handelen in te schatten en de vereiste gevolgen ervan te begrijpen”. Wanneer het proces plaatsvindt, is niet bekend.
Bij belediging van de president in Turkije kan afhankelijk van de ernst van de zaak een gevangenisstraf tot vier jaar worden opgelegd – zelfs bij kinderen. De basis hiervoor is artikel 299 van het Turkse wetboek van strafrecht. In Turkije is men al strafbaar vanaf 13 jaar – en kan zelfs op die leeftijd een gevangenisstraf verwachten als het gaat om vermeende belediging van Recep Tayyip Erdoğan. In 2022 werden volgens een statistiek van het Turkse ministerie van Justitie 1075 minderjarigen vervolgd voor overtredingen van artikel 299. De meeste betrokkenen waren destijds tussen de 15 en 17 jaar oud, maar 53 aanklachten betroffen kinderen tussen de 12 en 14 jaar oud. In totaal stonden vorig jaar 16.753 mensen in Turkije terecht op beschuldiging van belediging van de president.
Artikel 299 als middel tegen critici
Artikel 299 wordt beschouwd als een breed bekritiseerd middel van politieke onderdrukking in Turkije. Zowel de Europese Unie als de Commissie van Venetië, een orgaan van de Raad van Europa dat landen adviseert over constitutionele aangelegenheden, roepen al geruime tijd op tot het schrappen van artikel 299 uit het Turkse wetboek van strafrecht omdat het in strijd is met het recht op vrijheid van meningsuiting. Volgens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) hebben veroordelingen op basis van deze wet een afschrikkende werking op andere mensen die kritiek willen uiten. Het Turkse wetsvoorstel is ook in strijd met de geest van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, dat Turkije heeft geratificeerd in 1954. Tot dusver weigert de regering in Ankara om artikel 299 uit het wetboek te schrappen.